BuG 207 – Bericht uit het Gewisse –  12 december 2013
 
    BuG 207 on-line           Printversie (8p)          Tabletversie (8p)

Niet zoals De Tijd, De Morgen of Itinera menen te weten:
Geen 33% maar 45% loontrekkende Publieke tewerkstelling in België
42,5% Vlaams, 44,5% Brussels en 50,4% voor het Waals gewest,
dat hiermee in 2012 voor het eerst boven de 50% uitkomt, maar!

58,7% van de publieke dienstverleners woont in het Vlaamse gewest,
8,0% in het Brusselse gewest, 33,3% in het Waals gewest terwijl de
bevolkingsverdeling 57,5% Vlaams, 10,4% Brussels en 32,1 Waals is.
Vlaanderen en Wallonië hebben dus elk een surplus van 1,2% in de
 publieke tewerkstelling in vergelijking met hun bevolkingsaandeel en
 dit ten koste van het Brussels aandeel van 8%, dat dus 2,4% te kort komt,
en dat 30% te kort gedaan wordt, in vergelijking met de andere gewesten.
 
Waarom De Tijd, De Morgen enz. publieke tewerkstelling onderschatten
is een raadsel, elk cijfer in deze 45,0% is gefundeerd en controleerbaar.
Of is het juist omdat de publieke dienstverlening België resistenter maakt
tegen de crisis. Want zegt de Grauwe niet dat publieke investeringen, ook
 in de tewerkstelling, de koopkracht stabiel houden en optrekken? Is de
publieke dienstverlening niet de 'echte' motor van de economie en dit
in tegenstelling tot het geklaag over loonkosten en het 'overheidsbeslag'.
Guido Deckers van het ACV is daar duidelijk over in
Arbeid is niet te koop.

Tabel: Loontrekkende Publieke en Niet-Publieke tewerkstelling 2008-2012
 Tabel: Loontrekkende Publieke tewerkstelling 2012 per gewest                  

Verschillen met de cijfers in BuG 174 komen voort uit een lagere inschatting
van de dienstenchequestewerkstelling langs het expertenrapport 2013 en de
 verrekening van de RSZ-PPO tewerkstelling op basis van de woonplaats
hetgeen vooral voor Brussel een relatief groot verschil teweegbrengt.
  

Belangrijke mededeling: De e-maillijst is gereorgansieerd en er zouden in principe geen dubbele zendingen meer kunnen gebeuren, behoudens op 2 verschillende adressen aan dezelfde persoon. Ook is het nu eenvoudiger om personen te schrappen die liever geen berichten meer ontvangen, een eenvoudige melding volstaat. En wie nog andere mensen kent om de berichten door te zenden, of hun e-mail adres door te geven, of om het bericht op z'n faceboekpagina te zetten of er een tweetje over te doen, ga je gang.

Onbelangrijke mededelingen:


1.
Dienstencheques en de Vlaamse Ouderenraad, een visie voor het Vlaams gewest door Jozef Pacolet, gevraagd door de Vlaamse Ouderenraad op 28-11-2013, zie PDF - Dienstencheques Jozef Pacolet

2. Brief aan Mustafa Kör, zie Brief aan Mustafa van 12/12/2013, naar aanleiding van z'n tocht langs het openbaar vervoer van Opgrimbie naar De Panne, zie artikels in DS
3. Uitgaven voor Gezondheid in de OESO-landen, recente publicatie van de OESO samengevat in 1 openplooibare tabel met Bevolking, GDP (Gros Domestic Product - Bruto Binnenlands Product), uitgaven en GDP per hoofd, evolutie GDP en Gezondheidsuitgaven 2000-2011. Langs de pijltjes in de kolomtitel kunnen de landen volgens diverse criteria oplopend of aflopend geordend worden.
4. De lokale besturen zouden 25.000 jobs verliezen in de volgende legislatuur (dewelke, lokaal of Vlaams?). De ACV-centrale lokale besturen ziet 1/3 of 8.300 naakte ontslagen en 16.700 niet vervangingen. Best was het als zij ook het totale volume vervangingsnoodzaak, dwz personeel 50+ en 55+, zouden aangeven. In het Vlaams gewest werkten er op 31/12/2013 182.619 in het lokale bestuur of de provincie (RSZPPO - het ACV spreekt over 250.000 werknemers, waar komt dat cijfer vandaan?), waarvan 65.080 ouder dan 50 en 32.641 ouder dan 55 jaar. Daaraan afgemeten is 25.000 erg veel, om niet te zeggen onwaarschijnlijk, zeker omdat het om een vrij korte periode van 4 tot 5 jaar zou gaan,  want dan zou bv 1 op 2 ambtenaren die nu 55+ zijn niet vervangen worden. En best te weten dat het contraproductief is om cijfers (ongenuanceerd) op te drijven zoals de wachtlijsten van de gehandicapten, dan blijven oplossingen verder weg dan ooit. Voor info lokale besturen, zie BuG 193.
5. Het spoorspook kwam weer even om de hoek kijken toen Cornu een vermindering van spoorpersoneel met 1.000 aan kondigde de komende jaren. In feite komt dat er op neer dat er van de 19.202 spoorpersoneel dat op 31/12/2013 50 jaar en ouder was (52% van het totale personeel!) er 18.000 moeten vervangen worden het komende decennium en dar er 1.000 niet zullen vervangen worden. Is het dan geen groter nieuws dat er 18.000 aanwervingen dienen te gebeuren. En dat men best ook eens in Brussel rondkijkt, ook al wonen daar 3/4 van de inwoners en 80% van de jongeren met migratieachtergrond?zie BuG 197. Maar slechts 3% van het spoorpersoneel heeft een van de 19 Brusselse gemeenten als domicilie.
6. De recente onderzoeken naar sociale depressie in Vlaanderen, zie het artikel Wat erg voor die migrantenmijders . En voor wie Freek de Jonge gemist heeft bij de Pauw en Witteman (met ook het lied van Freek de Jonge, Moederschoot), hij is nog altijd Neerlands hoop in bange dagen, of ook Vlaandrens hoop? Vroeger was het de wat arrogante politieke correctheid, nu is het al populistische correctheid met de pretentie van het absolute gelijk die de klok zwaait, zo stelde hij. En voor nog een mooi lied van Freek De Jonge bij De Pauw en Witteman, zie De eerste keer.
7. Baremieke loonsverhoging dé waarborg van koopkracht: Baremieke aanval op 1,7 miljoen werknemers. Tijd voor de Non-Profitwerknemers om de 2 jaarlijkse weddeverhoging te laten doortrekken zolang men werkt, want nu wordt de wedde na 28 jaar ancienniteit geblokkeerd. Voor hetzelfde geld langer werken, daar is nog niemand beter van geworden.
8. 25 jaar geleden ging de Witte woede van start met de 2de langste staking in België, 5 maanden en 8 dagen, na de 8 maanden van de VTR, daarmee was meteen bewezen dat ook de zachte sector hard kon zijn, en langdurig kon staken, toch als de minimum-dienstverlening gerespecteerd wordt. Een bedje waar de spoorbonden en het gevangenispersoneel nog altijd in ziek zijn ten koste van betere resultaten die ze mét respect voor een minimale dienstverlening zouden kunnen behalen. In het artikel 25 jaar geleden brak de Witte woede uit wordt een enigszins eigenzinnige kijk ontwikkeld zowel op de Witte Woede als de werking en staking van Eigen Thuis Grimbergen, een 'socialistische enclave', waar het ondermeer allemaal begon.
9. En nog eentje om het niet af te leren: Migratie en nationalisme, alsof Hitler spreekt, wat ondermeer ook denkstof levert voor het pamflet van Joost Zwagerman, Hitler in de polder van 2009.


BuG 207 - Publieke dienstverlening/tewerkstelling 2008-2012 en 2012 per gewest

Definitie: Publieke loontrekkende dienstverlening is elke tewerkstelling die in hoofdzaak gebeurt met overheidsfinanciering. Naast het openbaar bestuur en de openbare dienstverlening  betreft het de gezondheids, welzijns- en grote delen van de culturele sector, het openbaar vervoer, post en communicatie, en andere gedeelten van de tertiaire sector voorzover ze in de RSZ als 'overheidstewerkstelling' worden beschouwd. Ook de volledige RSZ-PPO, de lokale en provinciale besturen worden tot de Publieke Dienstverlening/Tewerkstelling gerekend, ook de dienstenchequestewerkstelling valt onder Publieke Dienstverlening.

Inleiding: Het is moeilijk te kiezen tussen een veelvoud van themas als je vooraf weet dat niemand, met inbegrip van DWM, er aandacht aan zal besteden. Het is zoals een topsporter die alsmaar traint en z'n niveau verhoogt of een kunstenaar die naarstig topkunst produceert  zonder dat hij uitgenodigd wordt op meetings of z'n werk in kunsthallen kan tentoon stellen. Maar de doorzetter wint altijd en kwaliteit prijst zichzelf aan,  de actualiteit biedt daarbij elke dag wel iets om ten gronde wat interesants over te zeggen. Dus waarom zwijgen zolang spreken (anderen) helpt?
 
Een artikel in DM van 11/12/2013 heeft het over 1/3 door overheid gefinancierde jobs, refererend naar De Tijd? En de zorgsector wordt in het laatste kwartaal 2013 groter dan de industriële sector, de jobcreatie in die zorgsector compenseert daarbij volledig het verlies in de industriële en tertiaire sector, ook de vertraagde groei van de zorgjobs wordt vastgesteld en de noodzaak voor de 'marktsector' om deze vertraging te compenseren door jobs in de privésector weet de journalist van De Morgen (DT). DS van 02/08/2013 had evenwel al eerder gemeld dat de zorgsector groter geworden was dan de industriële sectoren op basis van door npdata.be gepubliceerde cijfers in BuG 192. Maar een herhaling kan nooit kwaad.
 
Tijd dus om de update van de gegevens over publieke tewerkstelling, niet alleen over de evolutie sinds 2008, maar vooral ook de berekening van de publieke tewerkstelling per gewest, tot in het grootste detail, dwz tot op het niveau van elk van de 916 nace200 sectoren en dit voor 2012, uit de schuif te halen.

0. Technische noten

- De opdeling per gewest laat de 53.025 werknemers met domicilie in het buitenland of waarvan het gewest niet kon bepaald worden buiten beschouwing. Dit is maar een beperkte groep, zonder impact op de verdeling van de publieke tewerkstelling.
- Voor de berekening van het aandeel publieke tewerkstelling in vervoer, post en x aantal andere sectoren die onder de industrie of de 'voor winst marktdiensten' worden geklasseerd gaan we voort op het aandeel 'overheidstewerkstelling' zoals in de RSZ statistieken zichtbaar wordt tot op 3 digit, zie:
RSZ, loontrekkende tewerkstelling, file 2012- 4de kwartaal, tabel 3. Voor de extractie van publieke dienstverlening in deze tewerkstelling passen we dit % toe, gelijk voor alle gewesten, een eventuele afwijking heeft maar een beperkte impact op het globale % publieke dienstverlening. Ook wordt het % dat voortgaat op 3 digit, toegepast op het detail zoals beschikbaar voor 5 digit. Ook hier hebben eventuele afwijkingen maar beperkt impact op het globale aandeel publieke tewerkstelling.
- voor de globale opdeling van de publieke dienstverlening gaan we voort op de nieuwe indeling van de Belgische economie zoals is gehanteerd in het rapport van de 'expertencommissie' loonkloof en lastenverminderingen waar alle grote statistische en studiecentra van de Belgische staat in aanwezig waren, zie BuG 205, nl 1. Verwerkende nijverheid, 2. De voor winst marktdiensten, 3 de niet-voor winst marktdiensten, 4. Oveheid en 5 het Onderwijs. De landbouw wordt niet als een aparte categorie in de Publieke Dienstverlening weerhouden omdat ze globaal maar een aandeel heeft van 13 jobs in een gewest.
- Voor de dienstencheques is voortgegaan op het totaal aantal tewerkstelling zoals door de RSZ is gemeten en waarop het aandeel 'met winstoogmerk' is toegepast voortgaande op de telling van de expertencommissie. De andere zijn niet identificeerbaar aanwezig in de tewerkstelling van de niet-marktdiensten, zowel de RSZ als de RSZ-PO.

1. Evolutie Publieke dienstverlening in Belgiê van 2008 tot 2012: tabel
Loontrekkende Publieke en Niet-Publieke tewerkstelling 2008-2012

De tabel is opgedeeld in 2 delen, de totale loontrekkende tewerkstelling met alle details, en de Publieke tewerkstelling/dienstverlening met alle details, onderscheiden naar RSZ- en RSZ-PPO tewerkstellingen.

Het betreft dus de publieke tewerkstelling loontrekkenden van zowel in België als buiten België gedomicilieerden. Het totaal voor 2012 ligt dus hoger dan de samentelling van het aantal werknemers per gewest zoals in de volgende tabellen wordt weergegeven.
  

België - Aantal loontrekkende werknemers 15-64 jaar per NACE-code 5 digit 2008-2012
Sor Sie NACE Uitleg 2008 2009 2010 2011 2012 ev. 08/12
Totaal loontrekkenden 3.683.737 3.669.497 3.722.319 3.748.674 3.735.248 51.511
  1. RSZ-werknemers 3.334.996 3.313.213 3.361.685 3.385.816 3.368.370 33.374
  2. RSZ-PPO-werknemers 348.741 356.284 360.634 362.858 366.878 18.137
                   
België - Publieke dienstverlening loontrekkendn in België per NACE-code - 31/12/2008-2012
        2008 2009 2010 2011 2012 ev. 08/12
Totaal loontrekkende werknemers 3.683.737 3.669.497 3.722.319 3.748.674 3.735.248 51.511
1. Publieke loontrekkende tewerkstelling 1.603.284 1.636.873 1.665.438 1.675.491 1.679.740 87.767
    1. RSZ-werknemers 1.254.543 1.280.589 1.304.804 1.312.633 1.312.863 69.631
    2. RSZ-PPO-werknemers 348.741 356.284 360.634 362.858 366.877 18.136
2. Niet-publieke loontrekkende tewerkstelling 2.080.453 2.032.624 2.056.881 2.073.183 2.055.508 -36.256
% Publieke dienstverlening 43,5% 44,6% 44,7% 44,7% 45,0%  

 
Voor het algemene overzicht van de tewerkstelling worden de dienstencheques apart genomen, voortgaande op de cijfers van de tewerkstelling onder de NACE-code reiniging gebouwen en een fractie van het uitzendwerk, zonder dat dit sterk afwijkt van de methode gehanteerd in de opdeling per gewest.

Tussen  2008 (voor de crisis) en 2012 is er een stijging geweest van de publieke tewerkstelling/dienstverlening van 1.603.284 tot 1.679740 of een stijging met 87.767 jobs of +1,5%, van 43,5% van de loontrekkende tewerkstelling naar 45,0%, als anti-crisisbeleid/effect kan dat tellen. Zoals ook de economisten van De Tijd en De Morgen vaststellen is er een tewerkstellingsverlies van 36.256 in de secundaire en tertiaire sectoren, maar een stijging in de publieke dienstverlening met 87.767 zodat het saldo na 5 'crisisjaren' toch nog 51.511 tewerkstellingsgroei bedraagt

Deze gunstige evolutie blijkt ook uit de relatieve verhoging van de publieke dienstverlening van 43,5% naar 44,6% van de loontrekkende tewerkstelling tussen 2008 en 2009 met + 33.589 jobs terwijl de Niet-publieke tewerkstelling er met 47.829 op achteruit ging, zodat er een negatief tewerkstellingssaldo van -14.240 was in 2009. Mede door het terugvallen van de noemer, de totale loontrekkende tewerkstelling, verhoogde het aandeel van de publieke tewerkstelling met 1,1% in het crisisjaar 2009.
 
In de tabel Loontrekkende Publieke en niet-publieke dienstverlening 2008-2012  wordt de evolutie van jaar tot jaar geschetst: (in de tabel kan ook voor elk jaar de procentuele evolutie nagegaan worden).
 

België - Aantal loontrekkende werknemers 15-64 jaar per NACE-code 5 digit 2008-2012  
Sor Sie NACE Uitleg 2012 ev. 08/09 ev. 09/10 ev. 10/11 ev. 11/12 ev. 08/12 %ev 08/12
Totaal loontrekkenden 3.735.248 -14.240 52.822 26.355 -13.426 51.511 1,4%
  1. RSZ-werknemers 3.368.370 -21.783 48.472 24.131 -17.446 33.374 1,0%
  2. RSZ-PPO-werknemers 366.878 7.543 4.350 2.224 4.020 18.137 5,2%
                     
België - Publieke dienstverlening loontrekkendn in België per NACE-code - 31/12/2008-2012  
        2012 ev. 08/09 ev. 09/10 ev. 10/11 ev. 11/12 ev. 08/12 %ev 08/12
Totaal loontrekkende werknemers 3.735.248 -14.240 52.822 26.355 -13.426 51.511 1,4%
1. Publieke loontrekkende tewerkstelling 1.679.740 33.589 28.565 10.053 4.249 87.767 5,5%
    1. RSZ-werknemers 1.312.863 29.290 24.632 9.119 6.590 69.631 5,6%
       0. Primaire sector 0 0 0 0 0 0  
       1. Verwerkende Nijverheid 3.158 17 11 -51 -47 -71 -2,2%
       2. Voor winst marktdiensten 125.722 -3.227 -1.769 -1.858 -3.008 -9.861 -7,3%
       3. Niet voor winst marktdiensten 507.082 13.010 18.256 10.269 5.939 47.474 10,3%
       4. Openbare diensten + Onderwijs 573.498 7.279 543 -5.883 -8.083 -6.144 -1,1%
  Openbaar bestuur, defensie,  verzeker. 204.192 -157 -2.166 -3.326 -6.333 -11.982 -5,5%
  Onderwijs 369.306 7.436 2.709 -2.557 -1.750 5.838 1,6%
       5. Dienstencheques  101.159 12.230 7.536 6.624 11.694 38.084 51,2%
       6. Extra-territoriaal + Huish. Als werkgever 2.244 -19 55 18 94 148 7,1%
    2. RSZ-PPO-werknemers 366.877 7.543 4.350 2.224 4.019 18.136 5,2%
       0. Primaire sector 13 -3 -2 -1 -1 -7 -35,0%
       1. Verwerkende Nijverheid 15.803 341 -750 76 909 576 3,8%
       2. Voor winst marktdiensten 5.750 -22 663 46 -815 -128 -2,2%
       3. Niet voor winst marktdiensten 145.904 5.403 1.640 1.414 1.644 10.101 7,4%
       4. Openbare diensten + Onderwijs 199.407 1.824 2.799 689 2.282 7.594 4,0%
2. Niet-publieke loontrekkende tewerkstelling 2.055.508 -47.829 24.257 16.302 -17.675 -36.256 -1,7%

  
Tussen 2009 en 2011 was er sprake van een 'verzekering' van de tewerkstelling, met een forse groei van zowel publieke als niet publieke tewerkstelling zodat het aandeel van de publieke tewerkstelling gelijk bleef. In 2011 was er een sterkere groei in de niet publieke tewerkstelling, vooral door een jobvermindering bij openbare dienste en onderwijs, die zich ook in 2012 sterker doorzette. Deze terugval werd gecompenseerd door een stijging in de zorgsector en de dienstencheques zodat het saldo in 2011 nog positief was met +26.533 in de Publieke dienstverlening, maar in 2012 resulteerde in een globale vermindering van de loontrekkende tewerkstelling met -13.424, vooral door het negatieve saldo van de niet-publieke dienstverlening dat -17.675 bedroeg naast een beperkte stijging in de Publieke dienstverlening met +4.249..

Het verdere detail van waar groei en terugval plaatsvond kan verder nagegaan worden in de tabel Loontrekkende Publieke en niet-publieke dienstverlening 2008-2012

 
2. Alle publieke tewerkstelling per gewest in een overzichtelijke tabel -
Loontrekkende Publieke tewerkstelling 2012 per gewest
  

Voor elke van de Nace-sectoren met alle subtotalen wordt per gewest het beeld gegeven van de publieke dienstverlening langs volgende cijfers:
 
- in aantallen (A)
- het % per gewest voor elk van de 917 deelsectoren met publieke dienstverlening). (A - rechterzijde))
- in % tav de totale tewerkstelling (totale loontrekkende tewerkstelling  = 100%) (B)
- in % tav van de publieke dienstverlening (totale loontrekkende publieke dienstverlening = 100%) (C)
 
De tabel is opgedeeld in 2 delen:

Bovenaan het overzicht van alle werknemers per gewest voor alle deelsectoren met ook het % wat op zich al unieke gegevens zijn. Onderaan de extractie van publieke tewerkstelling uit de tabel loontrekkende tewerkstelling, en zoals kan afgelezen worden, 45% op Belgisch niveau, 42,5% in het Vlaams gewest, 44,5% in het Brussels en, voor het eerst boven de 50%, het Waals gewest met 50,4%.
  

Aantal loontrekkende werknemers 15+ per NACE-code 5 digit - 2012 - België per gewest
Sor Sie NACE Uitleg Vlaams Brussels Waals België
Totaal loontrekkenden 2.287.903 299.838 1.094.482 3.682.223
  1. RSZ-werknemers 2.092.560 268.848 955.558 3.316.966
  2. RSZ-PPO-werknemers 195.343 30.990 138.924 365.257
Bevolking     6.381.859 1.154.635 3.563.060 11.099.554
               
Publieke dienstverlening 15-64 jaar per NACE-code 5 digit - 2012 - België per gewest
        Vlaams Brussels Waals België
A. Loontrekkende werknemers 2.287.903 299.838 1.094.482 3.682.223
1. Loontrekkende Publieke Dienstverlening 971.723 133.319 551.961 1.657.003
    1. RSZ-werknemers 776.393 102.329 413.038 1.291.760
    2. RSZ-PPO-werknemers 195.330 30.990 138.923 365.243
2. Loontrekkende niet-Publieke tewerkstelling 1.316.180 166.519 542.521 2.025.220
B % op loontrekkende werknemers 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%
1. Loontrekkende Publieke Dienstverlening 42,5% 44,5% 50,4% 45,0%
2. Loontrekkende niet-Publieke tewerkstelling 57,5% 55,5% 49,6% 55,0%
C. % op loontrekkende Publieke Dienstverlening 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

 
3. Afgemeten aan de bevolking is vooral Brussel de dupe van de ondertewerkstelling in Publieke en niet-Publieke tewerkstelling
 
In deze eerste extractie worden voor de openbare dienst de kolompercentages met aandeel per gewest geopend, en enkel het totaal aantal voor België in beeld gebracht. Zowel in de Publieke als de niet-Publieke dienstverlening is Brussel onderbediend wat tewerkstelling betreft en dit zowel wat RSZ als RSZ-PPO tewerkstelling betreft (behoudens bij de OCMW's). Bij de niet-publieke dienstverlening is het vooral Vlaanderen dat er met 65% van de loontrekkende tewerkstelling bovenuit steekt, terwijl Brussel op 8,2% en vooral Wallonië op 26,8% blijven steken. Niet zozeer de werkloosheid maar de ondertewerkstelling in vooral Brussel en ook Wallonië is er het probleem, eerder dan de hoogte van de werkloosheid.
  

Publieke dienstverlening 15-64 jaar, totaal 2012 en % per  gewest 
        België   Vlaams Brussels Waals België
A. Loontrekkende werknemers 3.682.223   62,1% 8,1% 29,7% 100,0%
1. Loontrekkende Publieke Dienstverlening 1.657.003   58,6% 8,0% 33,3% 100,0%
       1. Verwerkende Nijverheid 18.767   53,4% 8,2% 38,4% 100,0%
       2. Voor winst marktdiensten 216.070   61,8% 9,5% 28,7% 100,0%
       3. Niet voor winst marktdiensten 648.142   61,4% 7,8% 30,8% 100,0%
       4. Openbare diensten 388.033   52,4% 8,5% 39,1% 100,0%
        1. Federale overheid  34.321   56,4% 7,2% 36,4% 100,0%
        2. Niet-Federale overheden  171.602   48,3% 9,7% 42,1% 100,0%
    84112 Overheden gemeensch./gew 34.725   45,6% 9,9% 44,5% 100,0%
    84113 Provinciale overheid 10.976   40,2% 0,4% 59,4% 100,0%
    84114 Gemeentelijke overheid 94.911   50,8% 8,9% 40,2% 100,0%
    84115 O.C.M.W. 30.990   46,3% 14,9% 38,9% 100,0%
        3. Buit. Zaken, bedrijven, maatsch. leven 30.679   55,9% 13,0% 31,0% 100,0%
        4. Justitiële omgeving 62.240   53,9% 5,0% 41,1% 100,0%
    84220 Defensie 33.648   55,6% 3,6% 40,8% 100,0%
    84231 Rechtbanken 579   52,3% 23,0% 24,7% 100,0%
    84232 Strafinrichtingen 27.832   52,1% 6,2% 41,7% 100,0%
    84239 Overige justitie 181   19,9% 26,0% 54,1% 100,0%
        5. Federale politie 55.154   57,3% 5,8% 36,9% 100,0%
    84241 Federale Politie 15.174   52,3% 7,3% 40,4% 100,0%
    84242 Lokale Politie 34.349   58,7% 5,0% 36,3% 100,0%
    84249 And. openb./civiele veiligheid 90   33,3% 33,3% 33,3% 100,0%
    84250 Brandweer 5.432   63,3% 6,3% 30,4% 100,0%
        6. Verplichte sociale verzekeringen, SZ 31.858   57,1% 7,7% 35,2% 100,0%
        7. Extra-territoriaal 2.179   29,1% 50,2% 20,7% 100,0%
       5. Onderwijs 385.992   58,8% 7,3% 33,9% 100,0%
    1. RSZ-werknemers 1.291.760   60,1% 7,9% 32,0% 100,0%
    2. RSZ-PPO-werknemers 365.243   53,5% 8,5% 38,0% 100,0%
2. Loontrekkende niet-Publieke tewerkstelling 2.025.220   65,0% 8,2% 26,8% 100,0%

 

Politie, zowel federaal (7,3%) als lokaal (5%), Brandweer (6,3%), Leger (3,6%), Gevangenisbewakers (6,2%) en zoals al duidelijk was, vervoer (3% spoor, algemeen 8,0%) en post (5%) houden zich ver van Brussel om er te wonen, maar zijn de eersten om er te werken. Dat kan maar als er bewust veel te weinig gerecruteerd wordt bij de Brusselse bevolking voor wat de 'uniformberoepen' betreft, de MIVB niet te na gesproken (16,6% personenvervoer op de weg is van Brussel) en Beveiliging (22,2% woont in Brussel), maar zij zijn de uitzonderingen. Maar zoals vroeger gezegd zal dit keren. Ook de tewerkstelling van leerkrachten, onderwijzers en kleuterleidsters is ondermaats in Brussel (7%), terwijl dat toch de sleutels zijn naar de toekomst. Maar op 12 jaar tijd studeren er 4 generaties bachelors af, en dat zal de echte omslag zijn die voor alle beroepen in Brussel voor een revolutie gaat zorgen het komende decenium, met de gemeenteraadsverkiezingen van 2024 als culminatiepunt.

Maar we vallen in herhaling en het is beter de tabel Loontrekkende Publieke tewerkstelling 2012 per gewest zelf te exploreren in al haar onderdelen, aantallen en %ges. Want ook langs de percentages op de totale loontrekkende tewerkstelling (rij B) en de % binnen de publieke dienstverlening (rij C) krijgt men een volledig detail. Een teruggrijpen naar de algemene tewerkstellingscijfers kan soms nuttig zijn omdat daar bv voor het spoorwegpersoneel dat in hoofdzaak publieke dienstverlening is, een groter detail terug te vinden is, ondermeer dat slechts 3% van alle NMBS spoorwegpersoneel in Brussel woont. Zou dat al onder Cornu z'n aandacht gebracht zijn?

4. % op het totaal Publieke dienstverlening

In onderdeel C van de tabel Loontrekkende Publieke tewerkstelling 2012 per gewest wordt het relatieve belang weergegeven van elke deelsector in het geheel van de Publieke dienstverlening per gewest. Daarmee verdwijnt de ongelijke verdeling van de Publieke dienstverlening uit the picture maar worden bepaalde onderdelen belangrijker, zoals, weliswaar beperkt, de lokale besturen in Brussel met het OCMW voorop, een evidente vaststelling voortgaande op de dynamiek van een grootstad ondermeer wat migratie betreft. Ook de sector kunst en kultuur en de voor winst marktdiensten zijn van een groter gewicht in de Brusselse Publieke tewerkstelling.
 

Publieke dienstverlening 15-64 jaar per NACE-code 5 digit - 2012 - België per gewest
        Vlaams Brussels Waals België
A. Loontrekkende werknemers 2.287.903 299.838 1.094.482 3.682.223
B % op loontrekkende werknemers 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%
C. % op loontrekkende Publieke Dienstverlening 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%
       1. Verwerkende Nijverheid 1,0% 1,2% 1,3% 1,1%
       2. Voor winst marktdiensten 13,7% 15,4% 11,2% 13,0%
       3. Niet voor winst marktdiensten 41,0% 37,7% 36,2% 39,1%
  1. Mensel. gezondheidszorg/maatsch. dienst. 35,9% 26,6% 31,2% 33,6%
       1. Gezondheidszorg 14,1% 12,2% 14,5% 14,1%
               Ziekenhuizen 11,7% 9,9% 12,2% 11,8%
               Geneesheren 0,9% 1,0% 0,8% 0,9%
               Paramedisch 1,5% 1,3% 1,4% 1,4%
       2. Maatschappelijke dienstverlening 18,9% 12,8% 14,9% 17,1%
  2. Kunst, amusement en recreatie 2,8% 4,1% 2,5% 2,8%
      1. Kunst en cultuur 0,7% 1,9% 0,7% 0,8%
      2. Bibliotheek, musea, natuur 0,8% 0,8% 0,7% 0,8%
      3. Sport, recreatie, ontspanning 1,3% 1,4% 1,2% 1,3%
  3. Overige diensten 2,3% 7,0% 2,5% 2,7%
       4. Openbare diensten 20,9% 24,7% 27,5% 23,4%
        1. Federale overheid  2,0% 1,8% 2,3% 2,1%
        2. Niet-Federale overheden  8,5% 12,4% 13,1% 10,4%
    84112 Overheden gemeensch. en gew. 1,6% 2,6% 2,8% 2,1%
    84113 Provinciale overheid 0,5% 0,0% 1,2% 0,7%
    84114 Gemeentelijke overheid,  5,0% 6,4% 6,9% 5,7%
    84115 O.C.M.W. 1,5% 3,5% 2,2% 1,9%
        3. Buit. Zaken, bedrijven, maatsch. leven 1,8% 3,0% 1,7% 1,9%
        4. Justitiële omgeving 3,5% 2,3% 4,6% 3,8%
        5. Federale politie 3,3% 2,4% 3,7% 3,3%
        6. Verplichte sociale verzekeringen, SZ 1,9% 1,8% 2,0% 1,9%
        7. Extra-territoriaal 0,1% 0,8% 0,1% 0,1%
       5. Onderwijs 23,4% 21,1% 23,7% 23,3%


In de tabel kunnen deze aandelen voor elke deelsector verder geexploreerd worden. Onder de hoofding B in % tav op het totaal van de loontrekkende tewerkstelling.


5. De voor winst marktdiensten, zeg maar de tertiaire sector


Ze worden vlug uit het oog verloren maar ook de voor winst marktdiensten, de tertiaire sector dus, heeft een groeiende impact in de Publieke Dienstverlening, nl 216.070 jobs of 5,9% van de Publieke dienstverlening. Een belangrijk deel hiervan komt op rekening van de publieke middelen die ingezet worden in de dienstencheques zoals georganiseerd door de commerciële sector. Maar ook het Vervoer (NMBS, De Lijn, TEC, MIVB), Bpost zijn vooralsnog belangrijke 'overheidsbedrijven' die nog maar marginaal beconcurreerd worden door de 'private', de op winst gerichte sector. Beter dan bij Energie en Banken in het verleden treden vakbonden hier op als bewaker van het algemeen belang, tegen de markt en het winstoogmerk, behalve dan Transcom van het ACV dat zich als een haai geworpen heeft op het gehandicaptenvervoer, die, och arme 3 miljoen mag verdelen, 1/3 van een % van wat De Lijn Krijgt. Dat LBC-NVK dit dossier heeft laten gaan is al evenmin te begrijpen.Tegen einde van de week moeten de aanvraagdossiers voor erkenning als vervoer 'met recht op een compensatievergoeding', binnen zijn en voor Kerstmis zou minister Crevits de erkenningen verdelen, met inbegrip van mogelijk forse prijsstijgingen voor de gehandicapten die 3 tot 4 x meer zullen moeten betalen voor een gelijke vervoersafstand als een gewone burger. Mustafa Kör zou er zijn aandacht ook eens op kunnen richten. Zie ook Brief aan Mustafa van 12/12/2013.

De berekening van het aandeel van de Publieke dienstverlening in de tertiaire sector, de voor winst marktdiensten, gaat voort op het getelde aandeel van het 'Openbaar ambt' in deze deelsectoren zoals per kwartaal opgemaakt door de RSZ, loontrekkende tewerkstelling, file 2012- 4de kwartaal, tabel 3. De %ges met het aandeel 'Overheidsdiensten' worden toegepast op de onderscheiden sectoren.

Publieke dienstverlening 15-64 jaar per NACE-code 5 digit - 2012 - België per gewest
        België   Vlaams Brussels Waals België
A. Loontrekkende werknemers 3.682.223   62,1% 8,1% 29,7% 100,0%
1. Loontrekkende Publieke Dienstverlening 1.657.003   58,6% 8,0% 33,3% 100,0%
       1. Verwerkende Nijverheid 18.767   53,4% 8,2% 38,4% 100,0%
       2. Voor winst marktdiensten 216.070   61,8% 9,5% 28,7% 100,0%
    49 -51 Vervoer (spoor, weg, water, lucht) 55.531   61,6% 8,0% 30,4% 100,0%
    52000 Opslag en ondersteuning 2.540   74,4% 4,1% 21,6% 100,0%
    52220 Diensten i.v.m.met vervoer water 1.877   99,9% 0,0% 0,1% 100,0%
    52230 Diensten luchtvaart 24   100,0% 0,0% 0,0% 100,0%
    55202 Vakantieparken 89   60,7% 1,1% 38,2% 100,0%
    53100 Postdiensten 27.754   59,1% 5,0% 35,8% 100,0%
    55300 Kampeerterreinen  5   0,0% 0,0% 100,0% 100,0%
    55 -56 Accommodatie en maaltijden 484   56,1% 17,4% 26,6% 100,0%
    58290 Overige uitgeverijen van software  28   100,0% 0,0% 0,0% 100,0%
    59 -63 Informatie en communicatie 19.719   63,9% 13,1% 23,0% 100,0%
    61100 Uitzenden van radioprogramma's 448   35,9% 0,2% 63,8% 100,0%
    61200 Draadloze telecommunicatie  257   8,9% 17,1% 73,9% 100,0%
    61900 Overige telecommunicatie 3   0,0% 0,0% 100,0% 100,0%
    62010 Ontwerpen computerprogramma's 184   98,9% 0,0% 1,1% 100,0%
    62020 Computerconsultancy-activiteiten 18   5,6% 0,0% 94,4% 100,0%
    62090 Overige informatietechnologie 43   23,3% 0,0% 76,7% 100,0%
    64, 65 Financiële activiteiten en verzek. 3.022   62,5% 11,7% 25,8% 100,0%
    64929 Overige kredietverstrekking 27   40,7% 40,7% 18,5% 100,0%
    64999 Overige financiële dienstverlening 3   0,0% 0,0% 100,0% 100,0%
    68000 Exploitatie handel onroerend goed 330   51,2% 19,2% 29,7% 100,0%
    68202 Verhuur, exploitatie soc. woningen 100   14,0% 0,0% 86,0% 100,0%
    69 -75 Vrije beroepen en wetensch. act. 5.075   64,7% 12,5% 22,8% 100,0%
    72190 Overig ontwikk. natuurwetensch. 18   100,0% 0,0% 0,0% 100,0%
    77 -82 Adm./onderst. dienst (arbeidsbem.) 9.674   61,5% 13,7% 24,7% 100,0%
    78100 Arbeidsbemiddeling 1   100,0% 0,0% 0,0% 100,0%
    79901 Toerististische informatiediensten 988   68,2% 0,1% 31,7% 100,0%
    81100 Onderst. activ. voorzieningen 180   28,3% 42,8% 28,9% 100,0%
        81210 Dienstencheques (winstoogmerk) 86.250   62,0% 10,0% 28,0% 100,0%
    81290 Andere reinigingsactiviteiten 1.397   18,5% 56,1% 25,4% 100,0%
       3. Niet voor winst marktdiensten 648.142   61,4% 7,8% 30,8% 100,0%
       4. Openbare diensten 388.033   52,4% 8,5% 39,1% 100,0%
       5. Onderwijs 385.992   58,8% 7,3% 33,9% 100,0%


Buiten Vervoer, Post en Communicatie (ondermeer Radio en TV) is het aandeel van de Publieke dienstverlening beperkt alhoewel het Watervervoer, Financiële activiteit (Nationale Bank), Wetenschappelijke activiteit (CRB, Planbureau e.a.), Toerisme en vooral dan Administratieve en Ondersteunende diensten met ondermeer de terbeschikking stelling van arbeidskrachten, dwz de VDAB, Forem en Actiris met in totaal 9.674 personeelsleden in deze rubriek.

Bij dit laatste is Brussel wel pertinent aanwezig als complement voor de relatief hogere werkloosheidscijfers. En dit compartiment zal in Brussel exponentieel groeien met de 43,7 miljoen € Europees geld (36,4% van de 120 miljoen € die Europa voor Brussel en Wallonië voorziet gedurende 2 jaar), aangevuld met 1/3 van dit bedrag bovenop te besteden door de regio, bedrag dat langs de recent besliste lastenverlaging voor specifieke gebieden ook naar Brussel zal gaan, hetgeen het te investeren totaalbedrag op 58 miljoen € brengt. Tav van een Actiris budget 286 miljoen € in 2012 is deze 58 miljoen € (voor 2 jaar) een forse injectie voor de specifieke actie tav de jeugdwerkloosheid.
 
6. Publieke dienstverlening, dé stabiliserende factor tegen crisis en voor relance
  
Hoe meer de economische en financiële machtcentra de publieke dienstverlening en tewerkstelling willen onderuit halen, hoe meer ze daarin gevolgd worden door haar politieke exponenten, de N-VA voorop, hoemeer de sociale- en bestaanszekerheid in vraag gesteld worden, des te groter het belang dat deze tewerkstelling en de zekerheidsstelsels hebben voor het anti-crisibeleid en voor 'aantrekken' van de economie en het relanceren ervan. Dat geen enkele leugen en verdachtmaking te min is voor de strijdrossen tegen de samenleving en het economisch draagvlak werd nog maar eens aangetoond door Peter Cousart, 
stafmedewerker activeringsbeleid bij de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) in z'n artikel Activeer de beleidsmaker. Hij stelt hierin; "Toch zijn meer dan de helft van de leefloners binnen een half jaar al weer weg uit de OCMW’s en tot 70 procent binnen het jaar", ondanks een Vlaams beleid dat stokken in de wielen steekt van de OCMW's die er effectief in slaagt de leefloners te 'activeren'. Vandaar ook de titel van z'n artikel: Activeer de beleidsmaker om aan te klagen dat het juist de Vlaamse overheid is die het OCMW's moeilijk maakt ondanks het uitzonderlijk resultaatrijke activeringsbeleid van de duizenden OCMW-medewerkers, ook in Antwerpen. Maar de Homansen mogen met hun schuinpraat onder grote mediatieke belangstelling de inspanningen van hun eigen personeel en van alle andere OCMW's zonder weerwerk onderuit halen.
 
O(m)(p)a's aan de dop, België aan de top

Dank zij de publieke dienstverlening, dank zij het leefloon - dat niets met 'sociale zekerheid' te maken heeft, Guido De Padt zou z'n les eens opnieuw moeten leren in z'n jacht op de EU-onderdanen, hij bedoelt Roemenen en Bulgaren, waarvan de RSVZ met succes het kaf van het koren scheidt, ook weer ambtenaren die hun werk doen, maar die men hun werk niet gunt - dank zij de systemen van werkloosheid, invaliditeit, pensioen, kinderbijslag en de tegemoetkomingen voor gehandicapten wordt voor 60% van de inkomenstrekkers en vloor 3/4 van de bevolking sociale en bestaanszekerheid gegeven, ook in moeilijke- en crisitijden. Ook al is de welvaartvastheid niet altijd verzekerd, toch is het vooral de ancienniteitsbverhoging doorheen de gehele carrière van de 1,7 miljoen loontrekkenden die in de publieke dienstverlening zijn tewerkgesteld die de koopkracht in België meer dan welke andere maatregel (en welk ander land ook) heeft gewaarborgd. Met een gemiddelde verhoging van de lonen van 2,5%, voor maximum 28 jaar ancienniteit, bijkomend aan de index en aan de programmatie, en dus ook bijkomend aan de 'loonstop' die in het interprofessionele akkoorden is voorzien of wordt opgelegd, wordt het draagvlak voor minimale en verhogende koopkracht van 3/4 van de bevolking verzekerd. Daarmee scoort België beter, zoniet het best van alle landen die in het verleden of het heden, zich de titel 'socialistisch' toeken(d)(n)en, of zoals een Belarus me ooit zei, België is een socialistisch koninkrijk, als je naar gezondheidszorg, onderwijs, sociale- en bestaanszekerheid kijkt, zo vertel ik altijd aan m'n vrienden als ik nog een terug ga naar Belarus en terugdenk aan de tijden van de Sovjetunie. Daarvoor moet de eerste minister nog geen 'marxist' zijn, maar het voortbestaan van deze samenleving en de individueel verzekerende structuren zijn de echte inzet van de politieke keuzes die in mei 2014 verder kunnen gemaakt. Zoals nogal eens zal de keuze van het 'volk' misschien duidelijker zijn dan de roepers van het laatste uur verhopen.
 
Och ja, zien welk aandeel de Non-Profit zal krijgen in de 2 miljard lastenverminderingen die recent beslist zijn. En waar zijn de berekeningen van de expertencommissie gebleven in de discussies en maatregelen om de 'loonkloof' te dichten en die van de loonkloof een 'loonvoordeel' gemaakt hebben, die zijn allemaal onder de mat geveegd. Maar de lastenverminderingen zullen wél verder stijgen van 11,8 tot 14 miljard €.in 2018.
  

  BuG 207 on-line                         Printversie (8p)               Tabletversie (8p)

Tabel: Loontrekkende Publieke en Niet-Publieke tewerkstelling 2008-2012
 Tabel: Loontrekkende Publieke tewerkstelling 2012 per gewest                  

      
Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
0487 335 552

Wie geen berichten meer wenst te ontvangen kan dit eenvoudig melden langs een RE.