BuG 542 - Bericht uit het Gewisse - 11 maart 2024

BuG 542 on-line             Print Tablet Smartphone (4p)

"Hoeveel procent zullen Vlaams Belang en N-VA
samen boven 40% uitkomen, als Vlaams Belang
een paar % boven 20% en N-VA een goed stuk
onder de 20% terecht komt? Kan de PVDA zich
dan opmaken om mee een regering te vormen?"

De Stemming geventileerd en geëxpliciteerd

Extreemrechts aan zet behalve in België?
Gaat Vlaanderen naar een 'linkse coalitie'?
Neemt 'landelijk' Vlaanderen de macht over
of drukken steden en migratie hun stempel?

De percentages per partij waarop De Stemming 2024 verder gaat zijn herberekende percentages met weglating van de 10% niet besliste kiezers en de 10% die zeggen dat ze niet of blanco gaan stemmen, samen 20%. Daarbij komt dat één op de vijf respondenten die voor een partij kiezen aangeeft 'onzeker' te zijn over de opgegeven partijkeuze, zonder dat dit in cijfers en grafieken weerspiegeld wordt. Zo worden de vermelde peilingresultaten aangedikt door de noemer te verkleinen en wordt een verkeerd beeld gegeven van de keuzes of onzekerheden in de bevolking.Is het de bedoeling om rechts-extreemrechts hoger in te schatten dan hun feitelijke waarde, zodat ze van hoger zullen vallen? Professor Walgrave waarschuwt trouwens voor dit restrictief gebruik van De Stemming 2024.

Of is het de ondersteuning van de ultieme kramp van het identitair nationalisme waarin ook sommige media en wetenschap ziek zijn en de bevolking misleiden? Zie oa de gewetensnood van Dries De Smet in 'Gazettenpraat', DS van 08/03/2024 over journalistiek, wetenschap en migratie. Cas Mudde (Georgia University) wijst in z'n interview met l'Echo van 08/03/2024 op de te grote normalisering van het Vlaams Belang in de media.En in tegenstelling tot Vlams Belang "porte le PTB-PVDA un message davantage universel" zo stelt hij. Ook Laurent Hublet maakt korte metten met de migratieobsessie in dezelfde l'Echo.

En wat is dan bij nauwkeuriger analyse van De Stemming 2024 de echte of vermeende impact van rechts-extreem rechts?

Rechts-extreemrechts Keuze voor partij Zeker tav partij-keuzen Zeker, tav keuze+ onbeslist Zeker tav totaal stem-plichtig
Totaal Vlaams Belang+ N-VA 46,7% 39,4% 35,6% 31,6

1. Binnen welke marges kunnen peilingresultaten nog (ver)schuiven?

Wat is de werkelijke dimensie en draagkracht van de keuze van de respondenten in de peiling en van de overeenkomstige stempercentages?  Voortgaande op de beschikbare data uit De Stemming kunnen de partijpercentages op vier manieren herberekend worden door de keuzes van de respondenten op een andere 'noemer' (N) uit te zetten:

1. De noemer van wie een partijkeuze heeft gemaakt, zonder de onbeslisten en degenen die niet stemmen of blanco/ongeldig stemmen
2. De noemer van wie zeker is van z'n partijkeuze samen met wie onzeker is, zonder de onbeslisten en degenen die niet stemmen of blanco/ongeldig stemmen
3. De noemer van wie een partijkeuze maakte samen met de onbeslisten, zonder degenen die niet stemmen of blanco/ongeldig stemmen.
4. De noemer van alle ondervraagden, dwz degenen die een partijkeuze maakten, de onbeslisten en degenen die niet stemmen of blanco/ongeldig stemmen.

Binnen dit kader wordt duidelijk waar en in welke mate het stemgedrag nog kan wisselen en de kiesuitslag kan beïnvloeden. Zoals professor Walgrave in z'n interview in DS van 08/03/2024 aangeeft moet men aandacht hebben voor verschuivingen die nog buiten de grenzen van de foutmarges liggen. De Stemming 2024 is een document van 150 blz, en alle ruwe data staan ter beschikking. De partijkeuze bedraagt 2 blz en vele analyses beperken zich daartoe. De noodzakelijke nuancering mbt de marges van verschuivingen is een oefening die hier gemaakt wordt.

2. De 'onzekeren' van hun partijkeuze onderscheiden van die er 'zeker' van zijn

2.1. Het percentage van kiezers voor een partij die nog onzeker zijn: hierbij wordt voortgegaan op de vraag en de antwoorden zoals weergegeven op blz 109 de Stemming waarbij het gemiddeld % gegeven wordt van degenen die zeker zijn, en van wie onzeker is. Dit laatste % wordt per partij vermeld in kolom 1 hieronder.
2.2. Kiezers die zich uitspreken voor een partij, zowel de 'zekeren' als de 'onzekeren' zoals weergegeven in de media (2de kolom in de tabel hieronder)
2.3. In de 3de kolom het % van diegenen die een partijkeuze gemaakt hebben maar die er nog onzeker over zijn.
2.4. In de 4de kolom wordt het % vermeld van wie 'zeker' op de partij van de opgegeven keuze zullen stemmen. Het is dus een % dat nog kan versterkt of afgezwakt worden wanneer de onzekeren' anders stemmen. Bv van de 27;8% die voor het Vlaams Belang stemmen zijn er 3,9% 'onzeker'. Bij de Open-VLD is dit het geval voor 2,6% van de 9%.

Stemkeuze naar partij: gemiddeld zeker en gemiddeld onzeker
Partijen Gemid-deld onzeker Keuze voor een partij Niet volledig zeker Zeker van de keuze
Vlaams Belang 14,0% 27,8% 3,9% 23,9%
N-VA 18,0% 18,9% 3,4% 15,5%
Vooruit 25,0% 13,7% 3,4% 10,3%
CD&V 21,0% 11,3% 2,4% 8,9%
PVDA 21,0% 10,7% 2,2% 8,5%
Open-VLD 29,0% 9,0% 2,6% 6,4%
Groen 25,0% 8,2% 2,1% 6,2%
Andere partijen   0,5% 0,0% 0,0%
Totaal voor een partij 20,0% 100% 20% 80%

3. De 'onbeslisten' dienen meegenomen in het berekenen van het % mbt de stemkeuze,

Enkel als de 'onbeslisten' de spiegel zijn van wie een partijkeuze heeft aangeduid zijn er geen verschuivingen. Wanneer dit niet het geval is kunnen percentages voor een partij verhogen of verlagen. Om hier een juist beeld van te krijgen wordt de noemer verhoogd met de 10% onbeslisten en worden de partijpercentages herberekend

3.1. In de eerste kolom wordt het % per partij hernomen zoals in de peiling en de media werd bekend gemaakt.
3.2. In de 2de kolom wordt enkel het % van de 'zekere' partijkeuze opgenomen, en aangevuld met het totaal van alle partijen die nog niet 'zeker' zijn van hun keuze, nl. 20% Samen vormen ze, zoals in de 1ste kolom de 100% die zich voor een partij hebben uitgesproken.
3.3. De belangrijkste kolom is deze waarin de 'onbeslisten' worden meegenomen om de percentages met een zekere partijkeuze te 'verdunnen', dwz realistischer maken.

Percentages partij met N=keuze, zekere keuze, met onbeslist, totaal
Partijen N=keuze voor partij N=zeker en onzeker N=zeker, onzeker, onbeslist N=totaal stem-plichtig
Zeker van de keuze        
Vlaams Belang 27,8% 23,9% 21,6% 19,2%
N-VA 18,9% 15,5% 14,0% 12,4%
Vooruit 13,7% 10,3% 9,3% 8,2%
CD&V 11,3% 8,9% 8,1% 7,2%
PVDA 10,7% 8,5% 7,6% 6,8%
Open-VLD 9,0% 6,4% 5,8% 5,1%
Groen 8,2% 6,2% 5,6% 4,9%
Andere partijen 0,5%      
Totaal zeker 100% 80% 71,9% 63,9%
Onzeker van de keuze   20% 18,1% 16,1%
Totaal voor een partij   100% 90,0% 80,0%
Onbeslist     10,0% 10,0%
Totaal keuze+onbeslist     100,0% 90,0%
Niet stemmen/Blanco-Ongeldig       10,0%
Totaal keuze+onbeslist       100,0%
       
Totaal Vlaams Belang + N-VA 46,7% 39,4% 35,6% 31,6%

In de derde kolom wordt dus een herberekening doorgevoerd die leidt tot de enige relevante percentages waar de gehele populatie van wie stemplichtig is én een stem zal uitbrengen in verwerkt zijn. In de noemer worden de 10% bevraagden die nog onbeslist zijn meegenomen. Zij zullen zorgen voor een differentiëring van de kiesuitslag. Volgens de onderzoekers zijn de onbeslisten vooral te vinden bij de centrumpartijen, de CD&V voorop. Bij het Vlaams Belang zijn er 21,6% die er zeker op stemmen, aan te vullen met de uiteindelijke keuze van wie onzeker is van hun Vlaams Belang stem, en van de onbeslisten. Of zij hiermee aan 27,8% of meer geraken zal de kiezer uitmaken.

En hoeveel % zullen Vlaams Belang en N-VA samen boven 40% uitkomen, als Vlaams Belang een paar % boven 20% en N-VA een goed stuk onder de 20% terecht komt. Kan de PVDA zich dan al opmaken om mee een regering te vormen toch als beweging.net in de CD&V zich eindelijk terug kan doorzetten.?

4. Maar er is meer: de grote onbekenden zijn het aantal niet-stemmers en de blanco/ongeldige stemmers (zie 4de kolom in de tabel hierboven)

Vooreerst aangeven dat het profiel van de blanco/ongeldige stemmers niet gelijk is aan dit van de niet-stemmers. Waar de eersten nog de verplaatsing naar het kieshokje maken en blanco/ongeldig stemmen gaat het bij niet-stemmers meer om een afstandname van de verkiezingen omdat men er niets (meer) van verwacht, bv omwille van de hardnekkigheid van kledijcodes, racisme, discriminatie.

Als de gehele ondervraagde populatie in rekening gebracht wordt en gelijkgesteld aan 100% (zoals in kolom 4 in bovenstaande tabel) komen enkel de zekere stemmen per partij in beeld, bv 19,2% voor het Vlaams Belang, aan te vullen met de onzekeren, onbeslisten, en degenen die nu wel en geldig gaan stemmen. Diegenen die uiteindelijk niet of ongeldig stemmen worden dan uit de noemer genomen zodat alle percentages uitgezet worden op het aantal geldig uitgebrachte stemmen.

Hoe meer mensen een geldige stem uitbrengen, hoe meer de vooropgezette partij-percentages zullen verkleinen. Het omgekeerde is ook waar, hoe meer niet- of ongeldig, hoe meer de stemuitslag zoals uit de peiling blijkt zal versterkt worden.

5. Werk aan de winkel voor de partijen om:

5.1. De zekeren van hun stemkeuze niet te doen twijfelen of juist in twijfel te brengen.
5.2. De onzekeren van een partijkeuze hun keuze te doen bevestigen, of er gebruik van maken om voor een andere partij te kiezen.
5.3. De onbeslisten uitzicht te geven en er van te overtuigen om voor de 'juiste partij te kiezen.

5.4. De blanco of ongeldige stemmer die toch de moeite doet zich naar het stemhokje te verplaatsen, toch voor een partij te doen kiezen die frustratie of ongenoegen kan valoriseren, en ook goede instructies te geven voor wie ongewild ongeldig stemt.
5.5. De niet-stemmers, om welke reden ook, te doen geloven in de democratie en in een politieke vertegenwoordiging die wel uitzicht kan bieden aan de frustraties die mensen nu weerhoudt om te stemmen. Ook langs volmacht iemand toch een stem geven op het politieke strijdveld.

6. Afspraak op 9 juni 2024

Zie ook www.kiesdeterminanten.be waaruit volgende brainbreker:

Kiesuitslag 2019 tav 2018 - Verstedelijking - Vlaams gewest
  VB N-VA Voor-uit  PVDA Groen CD&V Open-VLD
Vlaams gewest 5,5% 0,4% 0,3% 2,4% -3,5% -5,8% -0,2%
1 - Grote steden 2,8% -2,5% -1,6% 3,9% -2,1% -1,3% 1,4%
3 - Regionale stad 4,2% 0,5% 0,2% 2,5% -3,9% -4,7% 0,5%
4 - Aggl. gem. 3,1% 0,2% -0,1% 2,6% -4,9% -3,4% -0,4%
5 - Kleine stad 6,8% 0,9% 0,2% 2,2% -3,3% -6,5% -1,4%
6 - Beperkt ruraal 6,1% 0,4% 0,4% 2,4% -3,9% -5,9% -0,4%
7 - Matig ruraal 6,7% 1,1% 1,3% 2,1% -3,8% -7,5% -0,4%
8 - Sterk ruraal 7,8% 1,7% 1,0% 1,9% -2,7% -8,5% -1,6%

Verstedelijking volgens de 'Belfius'-indeling. Als de CD&V in 2024 terugwint wat het in 2019 aan Vlaams Belang verloor samen met de 'stille stijger' PVDA dan is rechts-extreemrechts al aan het einde van hun latijn. Gaan boeren en arbeiders in de landelijke regio's zich verder laten ringeloren door het racistische, xenofobe en discriminerende Vlaams Belang en politici die hen achterna lopen?

In www.uitslagverkiezingen.be vindt men alle uitslagen per gemeente vanaf 2012. En wie de werkelijke impact van de historische en actuele migratie wil onder ogen nemen kan er www.omvolkingsmythen.be op naslaan en ook www.bevolkingsevolutie.be met voor elke gemeente van 1945-2023 de bevolkingsevolutie zonder en met inwoners met migratieachtergrond. Voor wie dat nog niet genoeg is, is er voor elke gemeente een tabel met aantal en % migratieachtergrond per land van herkomst (vreemdelingen, Belg-gewordenen en hun nageslacht) in www.migratieachtergrond.be.

7. Voor vragen, opmerkingen en suggesties: info@npdata.be

Met vriendelijke groeten,

Jan Hertogen, socioloog,
0487 335 552
www.npdata.be