BuG
453
– Bericht uit het Gewisse – 8
juni 2019
BuG 453 on-line
Tablet
Smart-phone
Print (12p)
"Al 40 jaar opvolging verpleegstudenten,
ook 30 jaar
nadat Herman Cosijns (†) samen met de VDAB het
verpleegproject voor werkzoekenden startte dat in
2020 haar 10.000ste verpleegkundige mag vieren."
Dalende
instroom verpleegstudenten gestopt in 2019/2020
10.000 werklozen zijn verpleegkundige geworden op 30 jaar.
Vele wegen om stijgende zorgbehoefte te beantwoorden, oa
8.044 werklozen met zorgkwalificatie die wachten op werk,
verhoging jobtime met 0,10 maakt 11.222 VTE vrij in de zorg,
een nieuwe sociale maribel zet duizenden aan het werk.
Door de
nieuwe instroom van 1ste jaars HBO5 is de vermindering
van het aantal eerstejaars de laatste drie jaar gestopt. Dat is goed
nieuws want door de verplichting van een 4de jaar voor bachelors
verpleegkunde is er een gedurende een jaar minder uitstroom.
.
1. Enkele
methodologische toelichtingen
Al sinds 1992 wordt het overzicht verpleegstudenten bijgehouden met opbouw
van de tijdsreeks op basis van de papieren rapporten van het ministerie
van onderwijs, en dit met soepele aanpassing aan de wijzigingen in de
onderwijssystemen.
De
overzichten van verpleegstudenten slaan dit jaar terug op 40 jaar, dwz van
het schooljaar 1980/1981 tot 2019/2020. Tot 2012 gebeurde dit voor beide gemeenschappen. In de loop van 4 decennia
heeft de statistiek de wijzigingen op het veld gevolgd zodat de
cijferevolutie consistent blijft, ook al wordt in de bacheloropleiding
niet meer in leerjaren gewerkt. Dat houdt ondermeer volgende punten in:
- De brugopleiding waarbij van HB05 naar Bachelor kan geupgraded, wordt van
het aantal Bachelors afgetrokken omdat er geen hoger aantal
verpleegkundigen op de markt komt, wel een kwalificatieverhoging. Hier
wordt voortgegaan op de laatst gekende gegevens van doorstroming.
- Sinds enkele jaren wordt voor de Bachelors niet meer in leerjaren
gewerkt. Er wordt enkel een totaal aantal inschrijvingen doorgegeven.
Hierop worden evenwel de laatst gekende % eerstejaars en % van
doorstroming toegepast.
- De uitbreiding met een 4de jaar voor bachelor-verpleegkunde werd as volgt
in het statistische overzicht geïntegreerd: In het schooljaar 2019/2020
zijn 9.751 studenten ingeschreven voor bachelor verpleegkunde en
vroedvrouw. 2.029 daarvan hebben voldoende onderwijspunten verzameld om een
vierde jaar te kunnen beëindigen. Deze worden allen als 4de jaars
beschouwd. De scholen organiseren zich niet meer in studiejaren maar voor
de continuïteit van de statistische overzichten verdelen we de studenten
over drie leerjaren, overeenkomstig de laatst gekende doorstroming van het
eerste naar tweede, en van 2de naar 3de jaar, en dit vertrekkend van het
totaal aantal ingeschreven studenten.
- Om het onderscheid te kunnen maken tussen 'gewone' studenten,
werkzoekenden (VDAB-studenten) en Werkenden (project 600) worden elk jaar
de specifieke gegevens opgevraagd. Voor project 600 in de openbare dienst,
ongeveer 1/3 van het potentieel, wordt voortgegaan op de laatst gekende
gegevens.
- Voor vragen, technische opmerkingen, suggesties of meer specifieke
cijfers, zie info@npdata.be
2. Evolutie 1ste jaars
en het totaal aantal Verpleegstudenten 1980-2020
Basistabel
(in html) met alle gegevens in aantallen, % en evolutie-indexen:
Verpleegstudenten 1980-2020. In onderstaande tabel worden er enkele
gegevens uitgepikt:
Verpleegstudenten HBO5 en Bachelor Vlaanderen 1980-2020 |
|
Eerstejaars |
Totaal |
|
HBO5 |
Bachelor |
Totaal |
HBO5 |
Bachelor |
Totaal |
80/81 |
2.336 |
2.545 |
4.881 |
5.622 |
6.238 |
11.860 |
81/82 |
2.542 |
2.790 |
5.332 |
6.074 |
6.545 |
12.619 |
82/83 |
2.470 |
2.602 |
5.072 |
6.128 |
6.445 |
12.573 |
83/84 |
2.390 |
2.468 |
4.858 |
6.172 |
6.339 |
12.511 |
84/85 |
2.183 |
2.264 |
4.447 |
5.652 |
6.030 |
11.682 |
85/86 |
1.983 |
2.141 |
4.124 |
5.218 |
5.679 |
10.897 |
86/87 |
1.628 |
2.061 |
3.689 |
4.666 |
5.343 |
10.009 |
87/88 |
1.625 |
2.248 |
3.873 |
4.390 |
5.468 |
9.858 |
88/89 |
1.434 |
2.321 |
3.755 |
4.045 |
5.658 |
9.703 |
89/90 |
1.348 |
1.885 |
3.233 |
3.783 |
5.336 |
9.119 |
90/91 |
1.199 |
1.790 |
2.989 |
3.275 |
5.092 |
8.367 |
91/92 |
1.238 |
1.959 |
3.197 |
3.066 |
4.956 |
8.022 |
92/93 |
1.340 |
1.950 |
3.290 |
3.187 |
4.981 |
8.168 |
93/94 |
1.528 |
2.253 |
3.781 |
3.562 |
5.527 |
9.089 |
94/95 |
1.677 |
2.372 |
4.049 |
3.910 |
5.791 |
9.701 |
95/96 |
1.491 |
2.425 |
3.916 |
3.888 |
6.048 |
9.936 |
96/97 |
1.709 |
2.596 |
4.305 |
4.054 |
6.231 |
10.285 |
97/98 |
1.678 |
2.661 |
4.339 |
4.106 |
6.092 |
10.198 |
98/99 |
1.532 |
2.614 |
4.146 |
4.075 |
6.062 |
10.137 |
99/00 |
1.400 |
2.138 |
3.538 |
3.725 |
5.497 |
9.222 |
00/01 |
1.630 |
2.009 |
3.639 |
3.932 |
5.135 |
9.067 |
01/02 |
1.597 |
1.986 |
3.583 |
4.016 |
4.666 |
8.682 |
02/03 |
1.605 |
2.170 |
3.775 |
4.204 |
4.984 |
9.188 |
03/04 |
1.794 |
2.325 |
4.119 |
4.328 |
5.135 |
9.463 |
04/05 |
1.640 |
2.243 |
3.883 |
4.343 |
5.689 |
10.032 |
05/06 |
1.577 |
2.263 |
3.840 |
4.247 |
5.739 |
9.986 |
06/07 |
1.791 |
2.746 |
4.537 |
4.402 |
6.108 |
10.510 |
07/08 |
1.777 |
2.665 |
4.442 |
4.414 |
6.400 |
10.814 |
08/09 |
2.024 |
3.071 |
5.095 |
4.880 |
7.110 |
11.990 |
09/10 |
2.378 |
3.565 |
5.943 |
5.314 |
7.844 |
13.158 |
10/11 |
2.566 |
3.608 |
6.174 |
5.932 |
8.558 |
14.490 |
11/12 |
2.830 |
3.880 |
6.752 |
6.559 |
9.233 |
15.652 |
12/13 |
3.001 |
3.932 |
6.933 |
6.960 |
9.519 |
16.479 |
13/14 |
3.415 |
3.938 |
7.353 |
7.524 |
9.768 |
17.292 |
14/15 |
3.181 |
4.088 |
7.269 |
7.823 |
9.962 |
17.785 |
15/16 |
3.240 |
4.512 |
7.752 |
7.759 |
10.501 |
18.260 |
16/17 |
2.862 |
4.177 |
7.039 |
7.292 |
10.593 |
17.885 |
17/18 |
2.785 |
3.436 |
6.221 |
7.178 |
9.923 |
17.101 |
18/19 |
2.475 |
3.181 |
5.656 |
6.809 |
8.868 |
15.677 |
19/20 |
2.711 |
2.927 |
5.638 |
6.781 |
9.751 |
16.532 |
Ev. 16/17 |
-378 |
-334 |
-712 |
-467 |
92 |
-375 |
Ev. 17/18 |
-77 |
-741 |
-818 |
-114 |
-670 |
-784 |
Ev. 18/19 |
-74 |
-509 |
-583 |
-397 |
-172 |
-569 |
Ev. 19/20 |
236 |
-255 |
-18 |
-28 |
883 |
855 |
Ev. 19/20 |
9,5% |
-8,0% |
-0,3% |
-0,4% |
10,0% |
5,5% |
Door het
toevoegen van een 4de jaar stijgt het totaal aantal studenten met 855.
Maar als enkel gekeken wordt naar de eerstejaars dan is er een nieuwe
aangroei bij de HBO5 van 236 studenten en een vermindering met 28 bij de
bachelor-verpleegkunde. In feite gaat het om een stabilisering van de
instroom, na drie jaar van.sterke terugval, die de cijfers de komende twee
jaar nog sterk zullen beïnvloeden
3. Grafische voorstelling van de belangrijkste
evoluties
3.1. De evolutie van de Verpleegstudenten naar 'niveau'
- 1ste-jaars Verpleegstudenten, aantal en % op de 18 jarigen


Er waren tot vorig jaar een kwart minder eerstejaars vergeleken met de piek van drie jaar
geleden, nl het schooljaar 2016/2017.Waar toen meer dan 10% potentieel
werd aangeboord, berekend op het aantal 18 jarigen, is er een terugval tot
8% van de referentiepopulatie, die evenwel gestabiliseerd is in 2019/2020.
Zien wat volgend jaar geeft.
Zoals Professor Jef Pacolet ooit beklemtoonde moet de 'vermindering' van
het aanbod van verpleegkundigen ook afgemeten worden aan de weliswaar
stijgende, maar ook vertragende zorgbehoefte, omwille van de verhoogde
mogelijkheden tot thuisverzorging, de verbeterde gezondheidszorg ook op
oudere leeftijd en de technologische/medische evoluties.
Dat doet niets af van het feit dat de omkadering van de ouderenzorg in
woonvoorzieningen structureel onderbezet is, dwz dat als de omkadering van
een zorgeenheid in de gehandicaptenzorg 3 is, en deze in de ziekenhuizen 2
is, is ze in de ouderenvoorzieningen 1,5. Dit volgens het laatst gekende
wetenschappelijk onderzoek naar de zorgomkadering, en met een aanpassing van
de zorgomkadering in woonvoorzieningen voor ouderen van 1 tot 1,5 het
laatste decennium. Maar structureel bedraagt deze nog altijd maar de helft
van deze van de gehandicaptenvoorzieningen. Misschien dat de Vlaamse
overheden, die nu de bejaardenvoorzieningen onder hun bevoegdheid gekregen
hebben, deze structurele achterstelling van de personeelsomkadering van
bejaarden-voorzieningen verder kan corrigeren. In de corona-crisis is
gebleken dat dit geen loze vraag was.
3.2.
Totaal Verpleegstudenten, aantal en % op
18-21 jarigen


Een evolutie zoals vastgesteld in een eerste
jaar die niet onmiddellijk in een volgend jaar gecorrigeerd wordt, en die
zoals in de huidige situatie drie jaar aanhoudt, zal zo lang aanhouden als
de periode waarin de vermindering is opgetreden, verlengd met het uitstel
van een jaar voor het op de markt komen van de bachelors-verpleegkundigen.
De impact van de verminderde instroom en stabilisatie in dit jaar van
verpleegstudenten zal pas in 2023/2024 z'n volle gewicht krijgen. Dat is
dan wel het jaar waarin voor minstens 4 jaar het aantal 18-jarigen in de
Vlaamse gemeenschap continue zal verhogen.
Het piekje van de verhoging van het totaal aantal verpleegstudenten komt
voort uit de uitbreiding van de bachelor-opleiding tot 4 jaar.
3.3. Het
verpleegproject voor werkzoekenden VDAB
In 1991 werd een project ontwikkeld vanuit de HBO5-verpleegschool in
Brugge in samenwerking met de VDAB om werklozen langs een opleiding
verpleegkunde uitzicht op een vaste baan te geven en tegemoet te komen aan
de behoefte aan gekwalificeerde verzorgden in de alsmaar sterker boomende
gezondheids- en welzijnszorg. Het was ook de tijd waarin in de
non-profitsectoren de eerste sociale fondsen voor bestaanszekerheid werden
opgericht om in te staan voor de besteding van aan alle sectoren ter
beschikking gestelde dodaties voor de vorming en tewerkstelling van de
risicogroepen. Het Sociaal Fonds voor de Privé-Ziekenhuizen werd aldus het
eerste sociaal fonds in de non-profit, en wij de eerste werknemer ervan.
Momenteel hebben deze fondsen zich met een minimale kost (nog geen 1% van
de ter beschikking gestelde middelen gaat naar administratief beheer)
uitgebouwd tot een een vast kader voor tewerkstelling en vorming van
ettelijke tienduizenden werknemers die mede langs de sociale maribel
gefinancierd worden. Een bijkomende sociale maribel zou opnieuw de nodige
ruimte geven voor de inschakeling van specifiek opgeleide lager
geschoolden voor logistieke en ondersteunende taken voor de zorgverleners
en voor het comfort van de bewoners en patiënten. Deze opleidingsmodules
en tewerkstellingsmogelijkheden zijn uitvoerig beschikbaar en werden ook
door LBC-NVK eind negentiger jaren in tewerkstellingsprogramma's en -eisen
omgezet. 83.000 bijkomende jobs in de non-profit-sectoren, speciaal voor
lager geschoolden titelde Het Volk nog indertijd. Misschien heeft minister
Beke er nog een boodschap aan, want duizenden van deze specifiek voor de
zorg opgeleide lager geschoolden staan nu (nog altijd) in wacht op de
werkloosheid, zie punt 4.2 hieronder.
Het VDAB-verpleegproject kreeg
vanaf 1993 een boost door de ondersteuning van verzorgenden in de
ziekenhuizen en de werkzoekenden vanweg het Sociaal Fonds voor de
Privé-ziekenhuizen. Doordat de scholen toen eerder weigerachtig
stonden werden een heel cirquit van begeleding voor de examencommissie
opgezet. De scholen pikten evenwel de draad op en voorzagen een speciaal
'avondonderwijs' verpleegkunde voor werkenden (in project 600) en
werkzoekenden.
Hieronder het overzicht van de inschrijvingen van werkzoekenden in het
VDAB-verpleegproject de laatste tien jaar. Een samentelling van alle derde
jaars in de laatste 30 jaar levert het belangwekkend eindtotaal van 10.000
afgestudeerde verpleegkundigen op, in feite een eerbetoon aan Herman
Cosijns, oud directeur van de verpleegscholen van Brugge en Oostende en
vroegtijdig overleden.
Verpleegproject VDAB 2011-2020 (10.000 afgestudeerden 1991-2020) |
|
10/11 |
11/12 |
12/13 |
13/14 |
14/15 |
15/16 |
16/17 |
17/18 |
18/19 |
19/20 |
1. Bachelor |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1ste jaar |
335 |
295 |
375 |
427 |
255 |
221 |
121 |
124 |
134 |
140 |
2de jaar |
214 |
239 |
235 |
290 |
323 |
199 |
193 |
106 |
92 |
104 |
3de jaar |
136 |
192 |
219 |
242 |
267 |
293 |
193 |
185 |
102 |
83 |
4de jaaar |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
46 |
Totaa |
685 |
726 |
829 |
959 |
845 |
713 |
507 |
415 |
328 |
373 |
2. HBO5 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1ste jaar |
1.020 |
851 |
1.050 |
1.352 |
1.191 |
1.100 |
931 |
715 |
620 |
633 |
2de jaar |
468 |
663 |
597 |
764 |
941 |
921 |
786 |
747 |
582 |
522 |
3de jaar |
259 |
358 |
498 |
473 |
551 |
698 |
646 |
651 |
554 |
426 |
Totaal |
1.747 |
1.872 |
2.145 |
2.589 |
2.683 |
2.719 |
2.363 |
2.113 |
1.756 |
1.581 |
3. Totaal |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1ste jaar |
1.355 |
1.146 |
1.425 |
1.779 |
1.446 |
1.321 |
1.052 |
839 |
754 |
773 |
2de jaar |
682 |
902 |
832 |
1.054 |
1.264 |
1.120 |
979 |
853 |
674 |
626 |
3de jaar |
395 |
550 |
717 |
715 |
818 |
991 |
839 |
836 |
656 |
509 |
4de jaar |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
46 |
Totaal |
2.432 |
2.598 |
2.974 |
3.548 |
3.528 |
3.432 |
2.870 |
2.528 |
2.084 |
1.954 |
3.4. De
gewone, werkzoekende en werkende Verpleegstudent
- 1ste
jaars Verpleegstudenten en % aandeel van de HBO5

Wat zoudt ge zonder de HBO5 (A2) Verpleegsters zijn?

HBO5
bij 'gewone studenten, werkzoekenden, werkenden

- De 'gewone' studenten, Werkzoekenden (VDAB)
en Werkenden (project 600)


De 'Werkzoekende' Verpleegstudenten hebben
gezorgd voor een ware expansie van de instroom in het verpleegkundig
beroep. Door de verstrenging van de VDAB-toegang, de grotere druk van
andere sectoren en de afkalving van de werkloosheid vermindert het aandeel
van de werkzoekende verpleegstudenten, wat in 2018/2019 enigszins
gecompenseerd wordt door een stijging van werknemers in het project 600,
en een stabilisering in 2019/2020.
- De 'gewone' studenten
De 'gewone' studenten zijn zowel de 'reguliere' studenten die na hun
humaniora instromen als de 'zij-instroomstudenten' die na eerst voor een
andere studie te kiezen, al of niet met resultaat, toch de overgang maken
naar de verpleegstudies.

- De
werkzoekende 1ste jaars Verpleegstudenten

- De werkende 1ste jaars Verpleegstudenten (project 600)

- De werkzoekende en Werkende samengenomen

4.
Structurele elementen die de instroom van studenten in zorgopleidingen en
de instroom zorgpersoneel beïnvloeden
4.1.
Leeftijdsgroep 18 jaar stabiliseerde in 2020, vanaf 22 forse stijging

De instroom
in de zorgberoepen hangt niet alleen af van de aantrekkingskracht en keuze van scholieren, maar
ook van het aantal 18-jarigen
in elke 'cohorte' dwz in elke opeenvolgende leeftijdsgroep. En na een
lichte daling de laatste jaren staat er een forse verhoging van dit aantal
n het verschiet.
4.2.
Werkloze arbeidsreserve van 8.561 gekwalificeerde werklozen
Niet-Werkend WerkZoekend in Zorgberoepen 31/12/2013-2019 |
31/12/ |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
Verpleegkundigen |
644 |
719 |
709 |
749 |
700 |
Kinderverzorgster |
2.392 |
2.237 |
1.658 |
1.475 |
1.475 |
Verzorgenden |
2.686 |
2.513 |
1.965 |
1.995 |
1.787 |
Zorgkundigen |
923 |
1.127 |
1.084 |
992 |
903 |
Polyvalente zorg-assistenten |
3.475 |
3.559 |
3.434 |
2.991 |
3.179 |
Totaal |
10.120 |
10.155 |
8.850 |
8.202 |
8.044 |
Just-in-job-kwalificatie, laat elkeen het werk doen waarvoor
hij/zij is opgeleid. Schakel de specifiek opgeleide logistiek assistenten in voor alle logistieke taken op zorgafdelingen, cfr de
1ste sociale maribel: de logistiek assistenten in de ziekenhuizen om
verpleegkundigen te ontlasten van logstiek taken en voor het comfort van de
patiënten. Een nieuwe sociale maribel
kan voor velen soelaas brengen, onder de voorwarde dat, zoals de 1ste
sociale maribel in 2000, ze uitsluitend voor de
aanwerving van logistiek assistenten in ziekenhuis en woonzorgcentra wordt
toegekend.
Met
meer dan drieduizend wachten ze in de werkloosheid op een job, opgeleid in het
reguliere onderwijs en door de VDAB. Ontrek ook de autonome
werkmogelijkheden
van zorgkundigen aan de bevoogding door de verpleegkundigen (cfr statuut zorgkundigen) en zij
worden meer vrij voor hun eigen
verpleegkundig werk.
Wie geeft aan de verzorgenden opnieuw hun autonomie van zorghandelen
terug?
Nu kunnen verzorgenden, oa in de thuiszorg, volledig
autonoom alle zorghandelingen stellen zonder dat een verpleegkundige
toezicht moet uitoefen en kan zeggen dat ze er mee moeten stoppen.
Zorgkundigen stellen dezelfde handelingen terwijl ze de autonomie voor hun
werk verliezen/verloren hebben. Dat is ondermeer de oorzaak van een van de
drama's die zich in de WZC op sommige plaatsen heeft afgespeeld.
4.3. Gemiddelde jobtime 0,10 optrekken goed voor 11.222 VTE in de zorg
Werknemers, VTE, jobtime en equivalent 0,1 Jobtime in zorgsectoren
Vlaams gewest, 01/01/2019 (Bron RSZ) |
PC |
Sector |
Man |
Vrouw |
Totaal |
1. Werknemers |
|
|
|
330.01.10 |
Ziekenhuizen |
16.469 |
74.610 |
91.079 |
330.01.20 |
Woonzorgcentra |
6.070 |
45.768 |
51.838 |
330.01.30 |
Thuisverleegkunde |
640 |
8.381 |
9.021 |
Totaal |
|
23.179 |
128.759 |
151.938 |
2. Voltijdse Eenheden (VTE) |
|
|
|
330.01.10 |
Ziekenhuizen |
14.837 |
54.832 |
69.668 |
330.01.20 |
Woonzorgcentra |
5.090 |
31.157 |
36.248 |
330.01.30 |
Thuisverleegkunde |
562 |
5.745 |
6.307 |
Totaal |
|
20.490 |
91.734 |
112.224 |
3. Jobtime per werknemer |
|
|
|
330.01.10 |
Ziekenhuizen |
0,90 |
0,73 |
0,76 |
330.01.20 |
Woonzorgcentra |
0,84 |
0,68 |
0,70 |
330.01.30 |
Thuisverleegkunde |
0,88 |
0,69 |
0,70 |
Totaal |
|
0,88 |
0,71 |
0,74 |
3. Equivalent in werknemers voor + 0,1 jobtime |
|
330.01.10 |
Ziekenhuizen |
1.484 |
5.483 |
6.967 |
330.01.20 |
Woonzorgcentra |
509 |
3.116 |
3.625 |
330.01.30 |
Thuisverleegkunde |
56 |
575 |
631 |
Totaal |
|
2.049 |
9.173 |
11.222 |
Door het
mogelijk te maken om de bestaande jobtime van de 151.938 werknemers, die nu
gemiddeld 0,74 van een VTE werken met 0,10 te verhogen zouden 11.222 VTE
werkkrachten bijgemaakt kunnen worden bij het reeds in dienst zijnde
personeel, zonder dat hiervoor speciale opleiding of aanwerving dient te
gebeuren. Door de hoge
mate van vrouwelijke tewerkstelling is de 'organisatielast' van
werkneemsters in de Non-Profitsector het hoogst, hetgeen ten koste gaat
van hun voltijdse tewerkstelling en hun pensioenrechten.
In de woonzorgcentra in het Vlaamse gewest (PC 330.01.20) zijn 51.838
werknemers actief voor 36.248 VTE, of 0,70 jobtime per werknemer. 430
bijkomende jobs zoals in het vooruitzicht gesteld door minister Beke,
betekenen een in aanzet halftijdse job voor elk van de 809
woonzorgcentra in het Vlaams gewest, en 2,2 VTE
per WZC van gemiddeld 100
bewoners, bij volle realisatie van de 2000 door Beke voorziene
personeelinput. Er zal meer nodig zijn om de zorgbehoeften te
lenigen, een nieuwe sociale maribel die voor elk woonzorgcentrum 5
bijkomende jobs zou realiseren langs inschakeling van polyvalente
medewerkers in de zorgomgeving, zou al wat meer soelaas bieden.
4.4. Aanpassing van de arbeidsloopbaan maakt werkkracht vrij.
Dat vraagt een beleidsperspectief waarin ook andere structurele
arbeidsomstandigheden moeten onder ogen genomen: bv een verdere uitbouw
van de eindeloopbaanregeling met 12 bijkomende verlofdagen vanaf 60 jaar.
Zulk een uitbreiding van de eideloopbaanregeling heeft maar echt zin als
ook de tweejaarlijkse anciënniteitsverhogingen worden
doorgetrokken zolang men werkt.
Het is een
investering die zichzelf terugbetaalt omdat het in dienst blijven van een
personeelslid driemaal meer kostenbesparend is dan de kostprijs van deze
bijkomende 12 verlofdagen en het doortrekken van de ancienniteitsverhogingen.
4.5. Achterhaalde kledingcode
Voor al degenen op zoek naar de beste krachten in de 'strijd om de
werknemer': niet komen klagen als de kledingcode mbt de hoofddoek wordt
gehandhaafd. Een moderne en bijdetijdse samenleving laat mensen vrij in
het dragen van kledij die toelaat het zorgberoep uit te oefenen en niet in
tegenspraak is met veiligheid of ethische codes. Het besef zal groeien dat
het geen enkele zin heeft om kwalitatieve en geschoolde werklozen van zorgberoepen uit te sluiten, enkel en alleen omwille van een achterhaalde
kledijcode.
4.6. De beroepsprofielen van de SERV, een waarborg voor de toekomst
Ook niet klagen wanneer de door de SERV opgemaakte beroepsprofielen, oa
voor Logistiek Assistent in de Ziekenhuizen en Woonvoorzieningen voor
Bejaarden, niet wordt aangewend in de ziekenhuizen en voorzieningen en
duizenden werklozen met de juiste kwalificatie in de werkloosheid blijven
in plaats van verpleegkundigen en verzorgenden van elementaire logistieke
taken te ontlasten. De opleiding logistiek assistent wordt trouwens in het
gewoon onderwijs aangeboden en LBC-NVK heeft indertijd actief meegewerkt
om de eindtermen voor deze nieuwe opleiding te bepalen. Voor het
beroepsprofiel zie onder meer de DBSO-Opleidingskaart
Logistiek Assistent in de Ziekenhuizen
van de VLOR van 2010. Het is
een kwalificatie die trouwens ook in het Bijzonde Secundair Onderwijs kan
behaald worden, zie uitgebreid
Opleidingsprofiel Logistiek Assistent in Ziekenhuizen en Zorginstellingen.
4.7. Niet
het 'tekort' maar het 'beleid van de voorzieningen zelf' is aan herziening toe
Ook hier is
de slotconclusie van het NEXT-onderzoek (Nurses Early Exit Study) van toepassing. Niet
de vervroegde uitstroom (nergens vast te stellen) of het tekort
aan verpleegkundigen was er aan de orde, wel het tekort aan een adequaat beleid in
ziekenhuizen en zorginstellingen.
"Er is
geen tekort aan verpleegkundigen maar wel aan ziekenhuizen waar
verpleegkundigen willen werken" (Denise
English, 1991), zo luidde het besluit van de
presentatie van het Belgische kwalitatieve luik van het (nog altijd
lopende?) Europees/Amerikaanse
RN4CAST onderzoek.
En hier opent zich, zoals in het
verleden de grote poort tot inschakeling van lager geschoolde maar
specifiek voor logistieke taken in de zorgomgeving opgeleide personen
waarvan er duizenden noodgedwongen in de
werkloosheid zitten of nog op de schoolbanken, of bij de VDAB de benodigde
kwalificaties verwerven. Zie ondermeer nog als analytisch kader m'n nog
altijd relevantie uiteenzetting van 2009 "Geen
zorgen om zorgwerkers".
Tot slot.
Het aandeel HBO5-studenten Verpleegkunde (de vroegere A2) bij
Werkzoekenden en Werkenden is hoger dan 80%, terwijl de keuze voor dit
opleidingsniveau van de 'gewone studenten' terug op 40% ligt,
meer dan 46% voor alle eerstejaars samen. Het mag een waarschuwing zijn
voor al degenen die niet aflaten om de HBO5 uit de verpleegkundige
kwalificatie te duwen.
Er zijn tekenen voor een nieuwe aanval op het verpleegstatuut van de
HBO5-verpleegkunde. Men wil het takenpakket van een zorgkundige uitbreiden
met enkele 'verpleeg'-handelingen, zodat ze meer gereed gemaakt wordt om
de HBO5-verpleegkundige te vervangen, zoals oorspronkelijk de bedoeling
was, de enige reden waarom deze functie (die geen betalingsvoordeel geeft
tav de verzorgende) is gecreëerd. Ook de omvorming van de
HBO5-verpleegkudige tot 'teamverpleegkundige belooft niet veel goeds. Dus
best in het oog houden.
Jan Hertogen, socioloog
|