BuG 174 – Bericht uit het Gewisse –  9 november 2012
 
Zie update in BuG 207

45,2% loontrekkenden in Publieke Dienstverlening

41,9% in Vlaams, 49,9% in Brussels en 50,6% in Waals gewest

Aandeel Publieke Dienstverlening in werkzaamheidsgraad met
22,8% 15-64 jarigen Vlaams en 23,7% Waals gewest, dicht bijeen.

Voor het 1st neemt % Publieke Dienstverlening af in Wallonië.
Openbaar bestuur, Onderwijs, Gezondheid/Welzijn in Brussel
al jaren voor de helft onderbezet door Brusselse bevolking.
 
Publieke dienstverlening grootste en beste buffer tegen crisis en
sterkere groei Publieke Dienst vangt crisis best op in Vlaanderen.
Een eventuele indexsprong heeft vooral een impact op overheid,
herinvestering in tewerkstelling zorgt voor win/win/win-situatie.
Publieke Dienst genereert als alle andere toegevoegde waarde.

2% op de loonmassa Publieke Dienstverlening = 1, 4 miljard €,
2% op de loonmassa Non-Profit = 585 miljoen € = 13.295 jobs

Zie ook artikel Publieke dienstverlening in
Le Soir van 09/11/2012

BuG 174 on-line      Printversie (10p)

 
1. Publieke Dienstverlening in detail
 

Voortgaande op de in BuG 173 gepubliceerde
tabel Loontrekkenden 2008-2011 nr leeftijd en NACE2008 en grafieken, kan een minutieus overzicht gemaakt worden van de Publieke Dienstverlening in de loontrekkende tewerkstelling op 31/12/2011 in België en haar evolutie de laatste jaren. Doordat deze gegevens ook per gewest beschikbaar zijn konden onderstaande overzichten opgemaakt worden. Ook de gegevens voor 2007 waren beschikbaar en worden toegevoegd zodat ook het jaar voor de crisis in beeld komt. Het betreft hier alle loontrekkende publieke dienstverlening, zowel met aangifte aan de RSZ als aan de RSZ-PPO (Plaatselijke en Provinciale Overheden). Zelfstandige arbeid wordt hier dus niet meegenomen. Doordat het tewerkstelling op 31/12 betreft gaat het eigenlijk om de evolutie 2008-2012, zoals in de grafiek van Le Soir van 09/11/2012 is aangeduid.
 
2. Wat is Publieke dienstverlening?

Publieke dienstverlening is elke loontrekkende tewerkstelling onder bevoegdheid van de overheid (ambtenaren en contractuelen) met inbegrip van de Plaatselijke en Provinciale Overheidsdiensten, alsmede elke loontrekkende in publieke diensten die volledig of in hoge mate door de overheid gefinancierd wordt zoals het Onderwijs, Gezondheids- en Welzijnssector (maatschappelijke dienstverlening), Cultuur en het sociale verenigingswezen. De persoonlijke dienstverlening (kappers, begrafenisondernemingen...) zoals verkeerdelijk door Itinera in 2008 werden meegenomen, behoren er niet toe.

2.1. Secundaire en Tertiaire sector

 
Onder secundaire (enkel water/afval) en tertiaire sectoren worden de activiteiten weerhouden die door de RSZ onder overheidsdienst (ambtenaren en contractuelen) worden geklasseerd, cfr een standaard RSZ-overzicht voor 04/2011 met opdeling NACE2008 op sectieniveau, 2 digit, tabel 3. Verschillen met onderstaande tabellen komen voort uit het niet meetellen van loontrekkende uit buurlanden of niet-localiseerbaren. Het betreft dus niet de geprivatiseerde onderdelen waar geen bevoegdheid van de overheid meer speelt. Door de privatisering zijn de Energie- en banksector zijn uit het oogpunt van de publieke dienstverlening kleine restsectoren geworden, tot schade en schande van het publiek en dit (vooralsnog) in tegenstelling tot het Spoor, Post, geregeld vervoer met tram/bus, en delen van telecommunicatie en ondersteunende/ontwikkelings- en wetenschappelijke activiteiten, alsmede arbeidsbemiddeling (VDAB,FOREM, Actiris). In totaal betreft het hier, als gevolg van Europese dictaten en liberalisering nog 'slechts' 3,7% van de loontrekkende activiteit in België.


2.2. Dienstencheques

 
De nieuwe tertiaire activiteit langs de dienstencheques voor kuis en strijk van de gezinnen is gegroeid tot 2,8% van de loontrekkende tewerkstelling, zonder evenwel rekening te houden met het gedeelte dat georganiseerd wordt door de lokale besturen dat niet apart is te detecteren. In feite vormen de dienstencheques voor kuis en strijk een even groot onderdeel van de publieke overheidsactiviteit als alle andere tertiaire publieke diensten samen. Il faut le faire.
 
Technische noot: vanaf 2010 werd de dienstenchequestewerkstelling van de RSZ zoals aanwezig in de Quartaire sector getransfereerd naar Tertiair (Reiniging gebouwen). Omwille van de vergelijkbaarheid moest een zelfde operatie gebeuren voor 2007 tot 2009. Vermoedelijk werd door deze transfert niet altijd voortgegaan op de woonplaats van de dienstenchequers en werden een aantal onder Brussel geklasseerd. In de RSZ is men zelf erg ongelukkig met deze wijziging in 2010 die eigenlijk in 2008 had moeten gebeuren maar die nu voor een tijdsbreuk zorgt die voor deze overzichten door npdata opgelapt is. Voor de berekening wordt daarbij 80% van de Reinigingsactiviteit van Gebouwen en 1/3 van de Uitzendarbeid onder dienstencheques geklasseerd. Het gaat hier om een minimale toewijzing.
 
2.3. Quartaire sector

 
Het Openbare Bestuur in strikte zin (Administratie, Politie, Leger, Bewaking, Sociale verzekeringen...) is goed voor 5,7%, het Onderwijs 10,0% en Gezondheidszorg en Maatschappelijke dienstverlening 11,5% van de loontrekkende tewerkstelling.. Cultuur en verenigingen vertegenwoordigen respectievelijk 0,8% en 0,7% van de loontrekkende tewerkstelling.
 
3. Overzicht België per gewest
 
3.1. Publieke Dienstverlening in België op 31/12/2011
 
Voor opmaak van de gewestelijke overzichten werd uiteraard geen rekening gehouden met de 50.309 RSZ- werknemers die vanuit een buurland deelnemen aan de publieke dienstverlening in België, evenmin met de 17.045 waarvoor de woonplaats niet exact kon bepaald, samen betreft het 4% van de publieke dienstverlening. Hun deelname aan de publieke dienstverlening ligt, begrijpelijk, op minder dan de helft van de Belgische loontrekkenden. Voor de RSZ-PPO bedraagt het aantal uit de buurlanden 1.517 hetgeen 0,5% vertegenwoordigt. Voor het totaal voor België worden de drie gewesten samengeteld, zodat de cijfers enkel betrekking hebben op de in België wonende loontrekkenden die in België deelnemen aan de Publieke Dienstverlening.
   

Publieke dienstverlening loontrekkenden nr woonplaats gewest - 31/12/2011
1. RSZ Vlaams Brussels Waals België (1)
     1. Secund. en Tertiaire sectoren        
  Water/afval 1.463 38 1.603 3.104
  Spoor 20.298 1.086 15.944 37.328
  Lijn, TEC, MIVB 10.665 3.932 7.530 22.127
  Ondersteuning lucht/water/zee 3.772 216 1.097 5.085
  Post 17.603 1.479 10.692 29.774
  Telecommunicatie 10.883 2.345 6.003 19.232
  Banken 1.443 323 719 2.485
  Arbeidsbemiddeling 6.003 874 3.558 10.435
  Controle, ontwikkeling, wetens. 2.854 435 1.214 4.502
  Veterinaire diensten 553 13 378 944
  Extrateritoriale diensten/organ. 730 1.199 566 2.495
  Totaal 76.267 11.939 49.304 137.511
    2. Dienstencheques (Tert. sector) 61.258 18.837 24.729 104.825
    3. Quartaire Sectoren        
  Openbaar bestuur 113.667 15.801 79.994 209.462
  Onderwijs 216.616 25.632 126.231 368.479
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 273.818 26.614 124.301 424.733
  Cultuur 14.620 4.535 10.042 29.197
  Verenigingen 11.577 4.861 7.554 23.992
  Totaal 630.298 77.443 348.122 1.055.863
   Totaal RSZ 767.824 108.219 422.155 1.298.198
2. RSZ-PPO 182.166 50.750 130.913 362.858
Totaal publieke dienstverlening 949.990 158.969 553.068 1.661.056
Totaal tewerksteling 2.267.941 318.387 1.093.338 3.678.695
Totale bevolking 15-64 jaar 4.158.596 766.552 2.335.681 7.260.829
% op totale loontr. tewerkstelling 41,9% 49,9% 50,6% 45,2%
% op bevolking 15-64 jaar 22,8% 20,7% 23,7% 22,9%
(1) België= totaal Belgische inwoners in België tewerkgesteld  
(2) Extrapolatie voortgaande op evolutie 2008-2010    

 

Publieke dienstverlening loontrekkenden nr woonplaats gewest - 31/12/2011
1. RSZ Vlaams Brussels Waals België
     1. Secund. en Tertiaire sectoren        
  Water/afval 0,1% 0,0% 0,1% 0,1%
  Spoor 0,9% 0,3% 1,5% 1,0%
  Lijn, TEC, MIVB 0,5% 1,2% 0,7% 0,6%
  Ondersteuning lucht/water/zee 0,2% 0,1% 0,1% 0,1%
  Post 0,8% 0,5% 1,0% 0,8%
  Telecommunicatie 0,5% 0,7% 0,5% 0,5%
  Banken 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Arbeidsbemiddeling 0,3% 0,3% 0,3% 0,3%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Veterinaire diensten 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 0,0% 0,4% 0,1% 0,1%
  Totaal 3,4% 3,7% 4,5% 3,7%
    2. Dienstencheques (Tert. sector) 2,7% 5,9% 2,3% 2,8%
    3. Quartaire Sectoren        
  Openbaar bestuur 5,0% 5,0% 7,3% 5,7%
  Onderwijs 9,6% 8,1% 11,5% 10,0%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 12,1% 8,4% 11,4% 11,5%
  Cultuur 0,6% 1,4% 0,9% 0,8%
  Verenigingen 0,5% 1,5% 0,7% 0,7%
  Totaal 27,8% 24,3% 31,8% 28,7%
   Totaal RSZ 33,9% 34,0% 38,6% 35,3%
2. RSZ-PPO 8,0% 15,9% 12,0% 9,9%
Totaal publieke dienstverlening 41,9% 49,9% 50,6% 45,2%

  
In totaal betreft de Publieke Dienstverlening dus 45,2% in België met een duidelijk verschil tussen de gewesten: Vlaams gewest 41,9%, Brussels gewest 49,9% en het Waals gewest 50,6%.
 
In vergelijking met het Vlaamse gewest wordt het verschil gemaakt door Wallonië voor het Personenvervoer en de Post, het Openbaar Bestuur en het Onderwijs en de RSZ-PPO.
 
Publieke tewerkstelling in Werkzaamheidsgraad van Waals en Vlaams gewest even hoog
 
Als deze tewerkstelling evenwel wordt uitgezet tegenover het aantal inwoners van 15 tot 64 jaar wordt de invloed van de lagere tewerkstellingsgraad in Wallonië geneutraliseerd. Want door de lagere tewerkstellingsgraad in Wallonië verkleint de noemer en wordt het % hoger. Afgemeten aan het aantal 15-64 jarigen verdwijnt het verschil bijna volledig tussen het Waals (23,7%) en het Vlaams gewest (22,8%) wat tewerkstelling in de Publieke dienstverlening betreft. Daar staat tegenover dat de werkloosheid in Wallonië groter is. Het % tav de 15-64 jarigen drukt daarbij ook het aandeel uit van de publieke dienstverlening in de werkzaamheidsgraad, die dus, voor beide regio's in dezelfde lijn ligt. Brussel (20,7%) loopt nog veel meer achterop in de tewerkstelling in het algemeen en bijzonder in de Publieke dienstverlening, en dus ook in de werkzaamheidsgraad, ook hier in combinatie met een hogere werkloosheid. 
 
3.2. Evolutie Publieke Dienstverlening België 2007-2011
 
De publieke dienstverlening blijft tot 2011 in België groeien maar gaat, voor het eerst, in % van de totale loontrekkende tewerkstelling achteruit. Duidelijk is ook dat na de crisis in 2008 de publieke dienstverlening een buffer heeft gevormd die, zelfs met globale vermindering van de tewerkstelling, heeft stand gehouden. De Publieke Dienstverlening is in feite de beste verzekering gebleken tegen de crisis, en zorgt voor een grote stabiliteit en inkomenszekerheid onder de bevolking. Publieke Dienstverlening vormt de kern van de crisisbestendigheid van België de laatste jaren. Zoals in de tabellen voor het Vlaams gewest duidelijk wordt heeft het Vlaams gewest daar meer dan z'n deel van gehad.
 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden België 31/12/2007-2011
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 3.160 3.128 3.149 3.159 3.104
  Spoor 38.246 38.519 38.773 38.155 37.328
  Lijn, TEC, MIVB 20.937 21.271 22.004 21.946 22.127
  Ondersteuning lucht/water/zee 4.888 5.049 4.817 4.946 5.085
  Post 36.222 34.741 33.207 31.274 29.774
  Telecommunicatie 22.350 21.720 20.338 21.211 19.232
  Banken 2.347 2.345 2.297 2.536 2.485
  Arbeidsbemiddeling 7.854 8.401 8.752 10.233 10.435
  Controle, ontwikkeling, wetens. 4.141 4.316 4.332 4.360 4.502
  Veterinaire diensten 854 880 891 934 944
  Extrateritoriale diensten/organ. 2.474 2.426 2.402 2.483 2.495
  Totaal 143.473 142.796 140.962 141.237 137.511
    2. Dienstencheques (Tert. sector) 84.105 83.386 92.372 99.491 104.825
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 215.312 215.192 215.012 212.811 209.462
  Onderwijs 356.478 361.216 368.524 371.227 368.479
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 370.244 386.585 398.118 414.870 424.733
  Cultuur 28.386 28.393 28.775 29.383 29.197
  Verenigingen 26.943 23.913 23.788 24.205 23.992
  Totaal 997.363 1.015.299 1.034.217 1.052.496 1.055.863
   Totaal RSZ 1.224.941 1.241.481 1.267.551 1.293.223 1.298.198
2. RSZ-PPO 348.741 348.741 356.284 360.634 362.858
Totaal publieke dienstverlening 1.573.682 1.590.222 1.623.835 1.653.857 1.661.056
Totaal tewerksteling 3.600.260 3.618.040 3.604.580 3.653.391 3.678.695
Totale bevolking 15-64 jaar 7.067.187 7.093.937 7.122.634 7.211.932 7.260.829
% op totale loontr. tewerkstelling 43,7% 44,0% 45,0% 45,3% 45,2%
% op bevolking 15-64 jaar 22,3% 22,4% 22,8% 22,9% 22,9%

  

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden België 31/12/2007-2011 - %
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Spoor 1,1% 1,1% 1,1% 1,0% 1,0%
  Lijn, TEC, MIVB 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% 0,6%
  Ondersteuning lucht/water/zee 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Post 1,0% 1,0% 0,9% 0,9% 0,8%
  Telecommunicatie 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% 0,5%
  Banken 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Arbeidsbemiddeling 0,2% 0,2% 0,2% 0,3% 0,3%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Veterinaire diensten 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Totaal 4,0% 3,9% 3,9% 3,9% 3,7%
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 2,3% 2,3% 2,6% 2,7% 2,8%
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 6,0% 5,9% 6,0% 5,8% 5,7%
  Onderwijs 9,9% 10,0% 10,2% 10,2% 10,0%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 10,3% 10,7% 11,0% 11,4% 11,5%
  Cultuur 0,8% 0,8% 0,8% 0,8% 0,8%
  Verenigingen 0,7% 0,7% 0,7% 0,7% 0,7%
  Totaal 27,7% 28,1% 28,7% 28,8% 28,7%
   Totaal RSZ 34,0% 34,3% 35,2% 35,4% 35,3%
2. RSZ-PPO 9,7% 9,6% 9,9% 9,9% 9,9%
Totaal publieke dienstverlening 43,7% 44,0% 45,0% 45,3% 45,2%
Totaal tewerksteling 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

 
De langzame, maar zekere vermindering van de overheidsactiviteit in de Tertiaire sector, 4% in 2007, 3,7% in 2011 bij Spoor en Post komt vooral voort uit de niet vervanging van oudere werknemers en een beperkte instroom van jongeren. Het is allicht de nawerking van het Vervotte-beleid enkele jaren geleden. Samen met andere 'uniform'-beroepen (politie, bewakers in gevangenis, leger) hebben ze alle gemeen dat door strikte en soms onwettelijke exclusie van vreemdelingen geen of weinig allochtonen zijn aangetrokken of toegelaten. De komende decennia zullen echter een volledige vernieuwing laten zien van hun personeel gezien de massale veroudering, met vooral allochtonen in the picture.
 
Publieke dienst, ideaal format voor de natuurlijke minzaam- en dienstbaarheid van Marokkaanse jongens
 
Het laat zich aanzien dat uist in deze segmenten allochtonen, meer dan in elk andere beroep, het geüniformeerde beeld van de publieke dienstverlening zullen vormen, uniform, dat zeker voor de Marokkaanse jongens, een bijkomende aantrek zal zijn om een professionele carrière binnen overheidsdiensten uit te bouwen en zo ook uiting te geven aan hun natuurlijke minzaam- en dienstbaarheid. Best het beeld van de pesterige, hautaine, voor geen rede vatvare, betweterige Marokkaanse 'gast' al bij stellen.
 
4. Evolutie Publieke Dienstverlening per gewest 2007-2011
 
4.1. Vlaams Gewest, in aantal en %
 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Vlaams gewest 31/12/2007-2011
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 1.474 1.457 1.466 1.472 1.463
  Spoor 20.464 20.664 20.888 20.658 20.298
  Lijn 10.096 10.326 10.644 10.605 10.665
  Ondersteuning lucht/water/zee 3.724 3.812 3.638 3.694 3.772
  Post 20.906 20.220 19.356 18.403 17.603
  Telecommunicatie 12.389 12.028 11.441 12.085 10.883
  Banken 1.383 1.375 1.353 1.568 1.443
  VDAB 4.657 5.071 5.435 5.784 6.003
  Controle, ontwikkeling, wetens. 2.519 2.658 2.677 2.732 2.854
  Veterinaire diensten 534 534 544 556 553
  Extrateritoriale diensten/organ. 697 696 708 752 730
  Totaal 78.844 78.841 78.149 78.309 76.267
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 49.952 49.062 53.498 58.565 61.258
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 116.786 116.756 116.906 115.631 113.667
  Onderwijs 211.686 215.233 220.320 221.377 216.616
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 239.036 248.191 255.057 266.691 273.818
  Cultuur 14.413 14.127 14.492 14.709 14.620
  Verenigingen 10.604 10.617 11.480 11.739 11.577
  Totaal 592.525 604.924 618.255 630.147 630.298
   Totaal RSZ 721.320 732.827 749.902 767.022 767.824
2. RSZ-PPO 170.839 173.449 177.639 180.709 182.166
Totaal publieke dienstverlening 892.159 906.276 927.541 947.731 949.990
Totaal tewerksteling 2.226.223 2.238.807 2.229.198 2.256.727 2.267.941
Totale bevolking 15-64 jaar 4.057.664 4.068.660 4.076.901 4.134.052 4.158.596
% op totale loontr. tewerkstelling 40,1% 40,5% 41,6% 42,0% 41,9%
% op bevolking 15-64 jaar 22,0% 22,3% 22,8% 22,9% 22,8%

 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Vlaams gewest 31/12/2007-2011 - %
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Spoor 0,9% 0,9% 0,9% 0,9% 0,9%
  Lijn 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5%
  Ondersteuning lucht/water/zee 0,2% 0,2% 0,2% 0,2% 0,2%
  Post 0,9% 0,9% 0,9% 0,8% 0,8%
  Telecommunicatie 0,6% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5%
  Banken 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  VDAB 0,2% 0,2% 0,2% 0,3% 0,3%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Veterinaire diensten 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Totaal 3,5% 3,5% 3,5% 3,5% 3,4%
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 2,2% 2,2% 2,4% 2,6% 2,7%
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 5,2% 5,2% 5,2% 5,1% 5,0%
  Onderwijs 9,5% 9,6% 9,9% 9,8% 9,6%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 10,7% 11,1% 11,4% 11,8% 12,1%
  Cultuur 0,6% 0,6% 0,7% 0,7% 0,6%
  Verenigingen 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5%
  Totaal 26,6% 27,0% 27,7% 27,9% 27,8%
   Totaal RSZ 32,4% 32,7% 33,6% 34,0% 33,9%
2. RSZ-PPO 7,7% 7,7% 8,0% 8,0% 8,0%
Totaal publieke dienstverlening 40,1% 40,5% 41,6% 42,0% 41,9%

 
4.2. Brussels gewest, in aantal en %
  

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Brussels gewest 31/12/2007-2011
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 32 30 35 37 38
  Spoor 895 933 995 1.009 1.086
  MIVB 3.634 3.701 3.831 3.855 3.932
  Ondersteuning lucht/water/zee 225 241 210 213 216
  Post 1.631 1.575 1.577 1.455 1.479
  Telecommunicatie 2.531 2.466 2.274 2.419 2.345
  Banken 306 295 286 284 323
  ACTIRIS 872 921 945 885 874
  Controle, ontwikkeling, wetens. 397 408 423 432 435
  Veterinaire diensten 6 9 9 14 13
  Extrateritoriale diensten/organ. 1.183 1.162 1.130 1.158 1.199
  Totaal 11.712 11.741 11.716 11.759 11.939
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 8.120 15.121 17.411 17.279 18.837
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 16.205 16.195 16.128 15.997 15.801
  Onderwijs 23.832 24.231 24.840 25.166 25.632
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 25.180 24.300 26.145 26.276 26.614
  Cultuur 4.611 4.716 4.530 4.638 4.535
  Verenigingen 5.983 4.871 4.650 4.843 4.861
  Totaal 75.811 74.313 76.293 76.920 77.443
   Totaal RSZ 95.642 101.175 105.419 105.958 108.219
2. RSZ-PPO 46.682 47.304 48.143 48.666 50.750
Totaal publieke dienstverlening 142.324 148.479 153.562 154.624 158.969
Totaal tewerksteling 301.130 310.322 310.423 312.317 318.387
Totale bevolking 15-64 jaar 711.520 726.142 741.013 752.732 766.552
% op totale loontr. tewerkstelling 40,1% 47,8% 49,5% 49,5% 49,9%
% op bevolking 15-64 jaar 20,0% 20,4% 20,7% 20,5% 20,7%

 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Brussels gewest 31/12/2007-2011 - %
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Spoor 0,3% 0,3% 0,3% 0,3% 0,3%
  MIVB 1,2% 1,2% 1,2% 1,2% 1,2%
  Ondersteuning lucht/water/zee 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Post 0,5% 0,5% 0,5% 0,5% 0,5%
  Telecommunicatie 0,8% 0,8% 0,7% 0,8% 0,7%
  Banken 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  ACTIRIS 0,3% 0,3% 0,3% 0,3% 0,3%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Veterinaire diensten 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 0,4% 0,4% 0,4% 0,4% 0,4%
  Totaal 3,9% 3,8% 3,8% 3,8% 3,7%
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 2,7% 4,9% 5,6% 5,5% 5,9%
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 5,4% 5,2% 5,2% 5,1% 5,0%
  Onderwijs 7,9% 7,8% 8,0% 8,1% 8,1%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 8,4% 7,8% 8,4% 8,4% 8,4%
  Cultuur 1,5% 1,5% 1,5% 1,5% 1,4%
  Verenigingen 2,0% 1,6% 1,5% 1,6% 1,5%
  Totaal 25,2% 23,9% 24,6% 24,6% 24,3%
   Totaal RSZ 31,8% 32,6% 34,0% 33,9% 34,0%
2. RSZ-PPO 15,5% 15,2% 15,5% 15,6% 15,9%
Totaal publieke dienstverlening 47,3% 47,8% 49,5% 49,5% 49,9%

 
4.3. Waals gewest, in aantal en %
 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Waals gewest 31/12/2007-2011
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 1.654 1.641 1.648 1.650 1.603
  Spoor 16.887 16.922 16.890 16.488 15.944
  Lijn, TEC, MIVB 7.208 7.244 7.529 7.486 7.530
  Ondersteuning lucht/water/zee 939 996 969 1.039 1.097
  Post 13.685 12.946 12.274 11.416 10.692
  Telecommunicatie 7.430 7.226 6.623 6.707 6.003
  Banken 658 675 658 684 719
  Arbeidsbemiddeling 2.326 2.409 2.373 3.564 3.558
  Controle, ontwikkeling, wetens. 1.224 1.250 1.232 1.197 1.214
  Veterinaire diensten 314 337 338 364 378
  Extrateritoriale diensten/organ. 594 568 564 573 566
  Totaal 52.918 52.214 51.097 51.168 49.304
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 13.592 19.203 21.463 23.647 24.729
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 82.321 82.241 81.978 81.183 79.994
  Onderwijs 120.960 121.752 123.364 124.684 126.231
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 116.052 114.093 116.916 121.903 124.301
  Cultuur 9.362 9.550 9.753 10.036 10.042
  Verenigingen 10.356 8.425 7.658 7.623 7.554
  Totaal 339.051 336.061 339.669 345.429 348.122
   Totaal RSZ 405.561 407.479 412.229 420.244 422.155
2. RSZ-PPO 123.101 126.345 128.573 132.363 130.913
Totaal publieke dienstverlening 528.662 533.824 540.802 552.607 553.068
Totaal tewerksteling 1.059.261 1.067.269 1.063.030 1.085.451 1.093.338
Totale bevolking 15-64 jaar 2.298.003 2.299.135 2.304.720 2.325.148 2.335.681
% op totale loontr. tewerkstelling 49,9% 50,0% 50,9% 50,9% 50,6%
% op bevolking 15-64 jaar 23,0% 23,2% 23,5% 23,8% 23,7%


 

Evolutie publieke dienstverlening loontrekkenden Waals gewest 31/12/2007-2011 - %
1. RSZ 2007 2008 2009 2010 2011
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren          
  Water/afval 0,2% 0,2% 0,2% 0,2% 0,1%
  Spoor 1,6% 1,6% 1,6% 1,5% 1,5%
  Lijn, TEC, MIVB 0,7% 0,7% 0,7% 0,7% 0,7%
  Ondersteuning lucht/water/zee 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Post 1,3% 1,2% 1,2% 1,1% 1,0%
  Telecommunicatie 0,7% 0,7% 0,6% 0,6% 0,5%
  Banken 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Arbeidsbemiddeling 0,2% 0,2% 0,2% 0,3% 0,3%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Veterinaire diensten 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 0,1% 0,1% 0,1% 0,1% 0,1%
  Totaal 5,0% 4,9% 4,8% 4,7% 4,5%
    2. Dienstencheques (Tertiaire sector) 1,3% 1,8% 2,0% 2,2% 2,3%
    3. Quartaire Sectoren          
  Openbaar bestuur 7,8% 7,7% 7,7% 7,5% 7,3%
  Onderwijs 11,4% 11,4% 11,6% 11,5% 11,5%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 11,0% 10,7% 11,0% 11,2% 11,4%
  Cultuur 0,9% 0,9% 0,9% 0,9% 0,9%
  Verenigingen 1,0% 0,8% 0,7% 0,7% 0,7%
  Totaal 32,0% 31,5% 32,0% 31,8% 31,8%
   Totaal RSZ 38,3% 38,2% 38,8% 38,7% 38,6%
2. RSZ-PPO 11,6% 11,8% 12,1% 12,2% 12,0%
Totaal publieke dienstverlening 49,9% 50,0% 50,9% 50,9% 50,6%

 
5. Verdeling Publieke dienstverlening naar gewest
 

Brussel kent een verregaande ondertewerkstelling in Openbaar Bestuur, Onderwijs en de Non-Profit-sectoren. Dat is in feite een grote maatschappelijke tegenspraak en uitdaging zoals ook al tot uiting kwam in de vaststelling dat 203.845 werknemers zich dagelijks naar Brussel-stad begeven om er te werken terwijl daar zelf maar 40.425 werkenden zijn, 14.560 in Brussel stad en 25.867 er buiten, en dit op een totaal van 160.442 inwoners, zie voor deze gegevens voor alle gemeenten in België, BuG 167.
 

Verdeling loontrekkenden publieke dienstverlening naar gewest - 2011
1. RSZ Vlaams Brussel Waals België
     1. Secundaire en Tertiaire sectoren        
  Water/afval 47,1% 1,2% 51,6% 100,0%
  Spoor 54,4% 2,9% 42,7% 100,0%
  Lijn, TEC, MIVB 48,2% 17,8% 34,0% 100,0%
  Ondersteuning lucht/water/zee 74,2% 4,2% 21,6% 100,0%
  Post 59,1% 5,0% 35,9% 100,0%
  Telecommunicatie 56,6% 12,2% 31,2% 100,0%
  Banken 58,1% 13,0% 28,9% 100,0%
  Arbeidsbemiddeling 57,5% 8,4% 34,1% 100,0%
  Controle, ontwikkeling, wetens. 63,4% 9,7% 27,0% 100,0%
  Veterinaire diensten 58,6% 1,4% 40,0% 100,0%
  Extrateritoriale diensten/organ. 29,3% 48,1% 22,7% 100,0%
  Totaal 55,5% 8,7% 35,9% 100,0%
    2. Dienstencheques (Tert. sector) 58,4% 18,0% 23,6% 100,0%
    3. Quartaire Sectoren        
  Openbaar bestuur 54,3% 7,5% 38,2% 100,0%
  Onderwijs 58,8% 7,0% 34,3% 100,0%
  Gezondheidsz.+Maatsch. Dienst 64,5% 6,3% 29,3% 100,0%
  Cultuur 50,1% 15,5% 34,4% 100,0%
  Verenigingen 48,3% 20,3% 31,5% 100,0%
  Totaal 59,7% 7,3% 33,0% 100,0%
   Totaal RSZ 59,1% 8,3% 32,5% 100,0%
2. RSZ-PPO 50,1% 13,9% 36,0% 100,0%
Totaal publieke dienstverlening 57,2% 9,6% 33,3% 100,0%
Totaal loontrekkende tewerksteling 61,6% 8,7% 29,7% 100,0%
Totaal 15-64 jarigen 57,3% 10,6% 32,2% 100,0%

 
Maar door de demografische evolutie, de op pensioensstelling en het verhoogde aanbod op de arbeidsmarkt zal de situatie van exclusie gedurende decennia, zich omkeren en zorgen voor aanzuiging in de publieke dienstverlening de komende decennia, waarin vooral de allochtonen, al of niet geüniformeerd, zullen uitblinken, vooral in Brussel maar ook in Antwerpen en alle verstedelijkte milieus. Geen enkel beleid kan dit tegenhouden en het zal ook niet van het beleid afhangen dat het gebeurt. Het staat in de sterren geschreven.
 
6. Een indexsprong, geen indexsprong, een indexsprong...
 
Een indexsprong van 2% brengt in de publieke dienstverlening  1,4 miljard € op = 2% voor 1.661.056 loontrekkenden in de Publieke Dienstverlening aan gemiddeld 0,85 jobtime, aan gemiddeld 50.000 € loonkost per VTE per jaar. In de Non-Profitsectoren, RSZ en RSZ-PPO inbegrepen, met aangepaste parameters, is dit 585 miljoen €. Degadt van Zorgnet spreekt op de VRT over 600 miljoen € hij is er dus niet ver naast. Herinvestering van dit bedrag in tewerkstelling zou alleen al 13.295 jobs aan 0,8 jobtime in de Non-Profit creëeren die langs de sectorale fondsen kunnen geactiveerd worden, hetgeen een strikte controle toelaat. Ondermeer langs de logistieke assistentie in de zorgomgeving kunnen al veel specifiek opgeleide krachten ingeschakeld worden. In vlaanderen allen al zijn 2.450 logistiek assistenten in de zorgomgeving werkloos, het moeten niet altijd verpleeg- of zorgkundigen zijn om het comfort van de patiënten te verbeteren, Colla zag dat al in indertijd bij de 1ste Sociale Maribel in 1999.

Bijkomende tewerkstelling langs herstel concurrentiekracht?

Het automatische effect doordat de "
concurrentiekracht van de ondernemingen herstelt en een indexsprong tussen 14.000 en 41.000 jobs zou opleveren", zoals Joep Konings van de KU Leuven stelt, kan ten zeerste betwijfeld worden wanneer de vrijgekomen gelden niet gebundeld worden en onder controle, bv van de Sectorale Fondsen voor Bestaanszekerheid, terug ingezet worden voor tewerkstelling. De berekeningsmodellen van Joep zouden eens aan een kritische toets mogen onderworpen worden.
 
Langer werken door 12 bijkomende verlofdagen op 58 jaar
 
Met een fractie van de opbrengst van een eventuele indexsprong, zou ook voor alle sectoren een begin kunnen gemaakt worden van een ArbeidsDuurVermindering einde loopbaan met 12 bijkomende verlofdagen voor alle  58 plussers. Langer werken in jaren door minder werken in dagen is de enige manier om mensen op een humane wijze de arbeidsdruk te doen ondergaan. Misschien moet men hier eens langer over nadenken. Zulk een Eindeloopbaanregeling met bijkomende verlofdagen is op zich al budgettair neuraal gezien de mindere uitgaven langs werkloosheid (zowel van de titularis als van de vervanger), het wegvallen van de opleg Brugpensioen/Canada Dry alsmede de extra inkomsten voor de sociale zekerheid en belastingen van degene die blijft werken én degene (liefst een jongere) die hem vervangt, die daarbij meer gaan consumeren Het negatieve (van een indexsprong) is maar acceptabel als het op termijn positieve en controleerbare impact heeft voor de gehele (werkende) bevolking, de jongere voorop.

   
BuG 174 on-line      Printversie (10p)

 
Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
0487 335 552